Nieuws

Poustinia: Benedictijnse Adventretraite

Hoop in verwarrende tijden.

In de huidige cultuur, waarin het Kerstfeest een belangrijke plaats inneemt, lijkt er haast geen tijd meer voor een voorbereidende bezinning. De kerstsfeer en de romantiek vullen de lucht al vanaf begin november op het gevaar af dat het feest zelf geen echt hoogtepunt meer kan zijn.

Toch voelen velen aan dat de eigenlijke reden om met Kerst feest te vieren vraagt om een bezinning. Als het grote verhaal van het Eerste en Tweede verbond niet meer met aandacht overwogen wordt, dreigen mooie woorden over de “Heer die is gekomen” vaag en misschien zelfs leeg en vreemd te worden.  Dan vervluchtigt ook de reden om het feest van Kerst met aandacht en hoopvol te vieren.

De Benedictijnse gemeenschap Poustinia-online wil een hulp zijn om in de Advent aan de hand van lezingen het “waarom” en “hoe” van Zijn unieke komen midden in onze geschiedenis en in ons eigen leven te volgen.

De retraite bieden we aan volgens de methode van de Benedictijnse oefeningen door Anselm Grün. Dit houdt in dat we met drie wegen werken: Reflectie over het Bijbelgedeelte, vragen om uit te wisselen en afsluiting met een ritueel.

Het verstaan van het Woord van God groeit nooit in isolement, vertrouwvolle dialoog met andere toehoorders van het Woord is nodig.

Werkwijze:

We maken een keuze uit de teksten van de week, na de Bijbeluitleg is er een uitwisseling met vragen, gevolgd door stilte en een ritueel, die ons wil binnenvoeren in de hoopvolle zin, die de komst van de Heer aan ons concrete leven in deze angstige tijd geeft.

Een overzicht van de lezingen zal worden toegestuurd na aanmelding.

Begeleiding: Janneke Krijger en Roel van der Voort

Datum:          1, 8, 15 en 22 december 2023

Tijdstip:         10.30 uur – 12.00 uur

Aanmelding: www.poustinia-online.nl

Psalmproeverij

 

Aanbevolen door de abdij:  Poustinia-online

Op veler verzoek een herhaling van de psalmproeverij door Frans Croonen,

In het hart van de bijbel zit het boek Psalmen. Honderdvijftig gedichten die gaan over jouw en mijn leven. Blijdschap, vertrouwen, troost, dankbaarheid, zoeken, vloeken, worstelen, klagen: alles zit erin! De psalmen hebben een voorname rol in de regel van Benedictus, de monastieke liturgie en het contemplatieve gebed.

Wil je meer leren over de psalmen én de mooiste psalmen proeven? Doe mee aan deze laagdrempelige en inspirerende online workshop. Dit keer proeven we verschillende psalmen waarin het thema ‘verlangen’ op een verrassende manier opduikt.

Op vrijdag 10 november presenteert Frans Croonen, de geestelijk begeleider, coach en docent bij Zin en Zijn deze Psalmproeverij, die hij ,,Spirituele tapas”, noemt, het proeven van geestelijke liederen.

 

Datum:          10 november 2023

Tijd:                10.30 uur tot 12.00 uur

Begeleiding:  Frans Croonen

Aanmelding: www.poustinia-online.nl

Conferentie T. Radcliffe (deel 1)

In aanloop op de synode geeft Timothy Radcliffe dagelijks twee conferenties. Bij deze delen we met jullie de vertaling van Abt Gerard van het eerste deel. We proberen de komende dagen iedere dag één van zijn overdenkingen te delen. De broeders wensen iedereen veel goeds en vragen jullie om gebed voor deze synode.

PAX!

 

‘Hopen tegen hoop’

Timothy Radcliffe O.P. Retraite voor Synode te Rome oktober 2023

Meditatie n. 1

 

1 oktober 2023

Toen de Heilige Vader me vroeg deze retraite te geven, voelde ik me enorm vereerd, maar ook nerveus. Ik ben me diep bewust van mijn persoonlijke beperkingen. Ik ben oud – blank – een westerling – en een man! Ik weet niet wat erger is! Al deze aspecten van mijn identiteit beperken mijn begrip. Dus ik vraag je om vergeving voor de ontoereikendheid van mijn woorden.

We zijn allemaal radicaal incompleet en hebben elkaar nodig. Karl Barth, de grote protestantse theoloog, schreef over het katholieke ‘en/en’. Bijvoorbeeld Schrift en traditie, geloof en werken. Hij zou het het ‘verdammte Katholieke “En“‘ hebben genoemd, ‘das verdammte katholische “Und“‘. Dus als we de komende weken naar elkaar luisteren en het oneens zijn, bid ik dat we vaak zullen zeggen: ‘Ja, en…..’. In plaats van ‘Nee’! Dat is de Synodale manier. Natuurlijk is Nee soms ook nodig!

In de tweede lezing van de Mis vandaag zegt Paulus tegen de Filippenzen: “Vervolledig mijn vreugde door dezelfde gezindheid, dezelfde liefde, één van hart, één gedachte”. (Filippenzen 2,2). We zijn hier bijeen omdat we niet eensgezind zijn in hart en hoofd. De overgrote meerderheid van de mensen die deel namen aan het synodale proces waren verrast door vreugde. Voor velen is het de eerste keer dat de Kerk hen uitnodigt om over hun geloof en hoop te spreken. Maar sommigen van ons zijn bang voor deze reis en voor wat ons te wachten staat. Sommigen hopen dat de Kerk drastisch zal veranderen, dat we radicale beslissingen zullen nemen, bijvoorbeeld over de rol van vrouwen in de Kerk.  Anderen zijn bang voor precies deze zelfde veranderingen en vrezen dat ze alleen maar zullen leiden tot verdeeldheid, zelfs schisma. Sommigen van jullie zouden hier liever helemaal niet zijn. Een bisschop vertelde me dat hij had gebeden om niet gekozen te worden om naar hier te komen. Zijn gebed werd verhoord! Jullie zijn misschien zoals de zoon in het evangelie van vandaag die eerst niet naar de wijngaard wil gaan, maar toch gaat hij!

Op cruciale momenten in het evangelie horen we altijd deze woorden: ‘Wees niet bang’. Johannes vertelt ons ‘Volmaakte liefde drijft angst uit’. Laten we dus beginnen met te bidden dat de Heer onze harten zal bevrijden van angst. Voor sommigen is dit de angst voor verandering en voor anderen de angst dat er niets zal veranderen. Maar ‘het enige dat we te vrezen hebben is de angst zelf.[1]’.

Natuurlijk hebben we allemaal angsten, maar Aquino leerde ons dat moed betekent dat je weigert je door angst te laten knechten. Mogen we altijd gevoelig zijn voor de angsten van anderen, vooral van degenen met wie we het oneens zijn. Net als Abraham vertrekken we zonder te weten waar we heen gaan (Hebreeën 11.8). Maar als we ons hart bevrijden van angst, zal het wonderbaarlijk zijn voorbij onze verbeelding.

Als leidraad tijdens deze retraite zullen we mediteren over de Gedaanteverandering. Dit is de retraite die Jezus geeft aan zijn naaste discipelen voordat ze beginnen aan de eerste synode in het leven van de Kerk, wanneer ze samen (syn-hodos) naar Jeruzalem lopen. Deze retraite was nodig omdat ze bang waren voor deze reis die ze samen moesten maken. Tot nu toe hebben ze rondgezworven in het noorden van Israël. Maar in Caesarea Filippi beleed Petrus dat Jezus de Christus is. Dan nodigt Jezus hen uit om met hem mee te gaan naar Jeruzalem, waar hij zal lijden, sterven en uit de dood zal worden opgewekt. Dit kunnen ze niet accepteren. Petrus probeert hem tegen te houden. Jezus noemt hem ‘Satan’, ‘vijand’. De kleine gemeenschap is verlamd. Dus neemt Jezus hen mee de berg op. Laten we luisteren naar Marcus’ verslag van wat er gebeurde.

Zes dagen later nam Jezus Petrus, Jakobus en Johannes met zich mee en bracht hen op een hoge berg waar zij geheel alleen waren. Hij werd voor hun ogen van gedaante veranderd: zijn kleed werd glanzend, en zo wit als geen volder ter wereld maken kan. Elia verscheen hun, samen met Mozes, en zij onderhielden zich met Jezus. Petrus nam het woord en zei tot Jezus: “Rabbi, het is goed dat wij hier zijn; laten wij drie tenten bouwen, een voor U, een voor Mozes en een voor Elia.” Hij wist niet goed wat hij zei, want ze waren geheel verbluft. Een wolk kwam hen overschaduwen en uit die wolk klonk een stem: “Dit is mijn Zoon, de Welbeminde; luistert naar Hem!”  Toen ze rondkeken, zagen ze plotseling niemand anders bij hen dan alleen Jezus.”(Mc. 9, 2-8)

Deze retraite geeft hen de moed en de hoop om aan hun reis te beginnen. Het gaat niet altijd goed. Ze slagen er meteen niet in om de jongen te bevrijden van de boze geest. Ze maken ruzie over wie de grootste is. Ze begrijpen de Heer verkeerd. Maar ze gaan hun weg met een broze hoop.

Zo bereiden ook wij ons voor op onze synode door op retraite te gaan waar we, net als de discipelen, leren luisteren naar de Heer. Als we over drie dagen op weg gaan, zullen we vaak zijn als die discipelen, en elkaar verkeerd begrijpen en zelfs ruzie maken. Maar de Heer zal ons verder leiden naar de dood en verrijzenis van de Kerk.  Laten we de Heer vragen ons ook hoop te geven: de hoop dat deze synode zal leiden tot vernieuwing van de Kerk en niet tot verdeeldheid; de hoop dat we als broeders en zusters nader tot elkaar zullen komen. Dit is onze hoop, niet alleen voor de katholieke Kerk, maar voor al onze gedoopte broeders en zusters. Mensen hebben het over een ‘oecumenische winter’. Wij hopen op een oecumenische lente.

We komen ook samen met hoop voor het mensdom. De toekomst ziet er grimmig uit. Ecologische rampen dreigen ons thuis te vernietigen. Bosbranden en overstromingen hebben deze zomer de wereld verslonden. Kleine eilanden beginnen onder de zee te verdwijnen. Miljoenen mensen zijn op de vlucht voor armoede en geweld. Honderden zijn verdronken in de Middellandse Zee, niet ver van hier. Veel ouders weigeren kinderen te krijgen in een wereld die naar de ondergang lijkt te gaan. In China dragen jongeren T-shirts met de tekst: “Wij zijn de laatste generatie”. Laten we samenkomen in hoop voor de mensheid, vooral hoop voor de jongeren.

Ik weet niet hoeveel ouders er op de synode zijn, maar ik dank u dat u onze toekomst koestert. Na een moeilijke tijd in Zuid-Sudan, aan de grens met Congo, zat ik tijdens de vliegreis terug naar Groot-Brittannië naast een kind dat acht uur lang onafgebroken heeft geschreeuwd. Met schaamte moet ik bekennen dat ik moorddadige gedachten heb gekoesterd!  Maar wat is een mooier priesterambt dan kinderen opvoeden en proberen hun geest en hart te openen voor de belofte van het leven? Ouders en leraren zijn dienaren van hoop.

Dus komen we samen in hoop voor de Kerk en voor de mensheid. Maar de moeilijkheid is: We hebben tegenstrijdige hoop! Dus hoe kunnen we samen hopen?  Hierin zijn we net als de discipelen. De moeder van Jakobus en Johannes hoopte dat zij links en rechts van de Heer zouden zitten in de glorie en zo Petrus zouden verdringen; er is rivaliteit zelfs binnen de naaste vriendenkring van Jezus. Judas hoopte waarschijnlijk op een opstand die de Romeinen zou verjagen. Sommigen hoopten waarschijnlijkalleen maar dat ze niet gedood zouden worden. Maar  samen lopen ze verder. Welke gedeelde hoop kunnen wij dan hebben?

Bij het Laatste Avondmaal ontvingen ze een hoop die alles overtrof wat ze zich hadden kunnen voorstellen: het lichaam van Christus en zijn bloed, het nieuwe verbond, eeuwig leven. In het licht van deze eucharistische hoop moet al hun tegenstrijdige hoop als niets hebben geleken, behalve voor Judas die wanhoopte. Dit is wat Paulus ‘hopen tegen de hoop in’ noemde (Romeinen 4,18), de hoop die al onze hoop te boven gaat.

Ook wij zijn bijeen zoals de discipelen bij het Laatste Avondmaal, niet als een politieke debatzaal waar men wedijvert om te winnen. Onze hoop is Eucharistisch. Ik zag voor het eerst wat dit betekent in Rwanda in 1993, toen de onlusten net begonnen. We waren van plan om onze Dominicaanse zusters in het noorden te bezoeken, maar de Belgische ambassadeur vertelde ons dat we thuis moesten blijven. Het land stond in brand. Maar ik was jong en dwaas. Nu ben ik oud en dwaas! Die dag zagen we vreselijke dingen: Een ziekenzaal vol met jonge kinderen die ledematen hadden verloren door mijnen en bommen. Eén kind had beide benen, een arm en een oog verloren. Zijn vader zat naast hem te huilen. Ik ging de bush in om te huilen, vergezeld door twee kinderen die elk op één been hinkten.

We gingen naar onze zusters, maar wat kon ik zeggen? In het aangezicht van zulk zinloos geweld heb je geen woorden. Toen herinnerde ik me de woorden van de Heer: ‘Doe dit om mij te gedenken. Er is ons iets gegeven om te doen.  Bij het Laatste Avondmaal leek er geen toekomst te zijn. Alles wat in het verschiet lag was ogenschijnlijk falen, lijden en dood. En op dit donkerste moment maakte Jezus het meest hoopvolle gebaar in de geschiedenis van de wereld: ‘Dit is mijn lichaam, voor jullie gegeven. Dit is mijn bloed, voor jullie vergoten’. Dit is de hoop die ons voorbij alle verdeeldheid roept.

Een van mijn broeders in het oosten van Oekraïne ging de mis opdragen voor enkele zusters die gingen verhuizen. Alles was ingepakt. Het enige wat ze als pateen konden aanbieden was een rood plastic bord. Hij schreef: ‘Zo liet God ons zien dat hij bij ons was. Jullie zitten in een kelder, in de vochtigheid en de schimmel, maar Ik ben bij jullie – op een rood bordje van een kind, en niet op een gouden pateen'”.  Dit is de Eucharistische hoop van deze synodale reis. De Heer is met ons.

De hoop van de Eucharistie is voor wat voorbij ons voorstellingsvermogen ligt/ Het Boek Openbaring:  “Daarna zag ik een grote menigte, die niemand tellen kon, uit alle rassen en stammen en volken en talen. Zij stonden voor de troon en voor het Lam gekleed in witte gewaden en met palmtakken in de hand. En zij riepen allen luid: ‘San onze God, die op de troon is gezeten, en aan het Lam behoort de overwinning” (Openb. 7:9 e.v.). Dit is de hoop die de discipelen op de berg in de getransfigureerde Heer zagen. Hierdoor lijkt het conflict tussen onze verwachtingen onbeduidend, bijna absurd. Als we werkelijk op weg zijn naar het Koninkrijk, maakt het dan echt uit of je je aansluit bij zogenaamde traditionalisten of progressieven? Zelfs de verschillen tussen Dominicanen en Jezuïeten verbleken! Laten we dus naar hem luisteren, de berg afdalen en vol vertrouwen verder gaan. De grootste gaven zullen komen van degenen met wie we het oneens zijn als we naar hen durven te luisteren.

Tijdens onze Synodale reis kunnen we ons zorgen maken of we wel iets bereiken. De media zullen waarschijnlijk besluiten dat het allemaal tijdverspilling was, alleen maar woorden. Ze zullen kijken of er moedige beslissingen zijn genomen over zo’n vier of vijf hete hangijzers.  Maar de discipelen op die eerste synode, wandelend naar Jeruzalem, leken niets te bereiken. Ze probeerden zelfs te voorkomen dat de blinde Bartimeüs werd genezen. Ze leken nutteloos. Als de grote hongerige menigte zich rond Jezus verzamelt, vragen de discipelen aan de Heer: “Hoe kun je deze mensen hier in de woestijn met brood voeden?”. Jezus vraagt hen wat ze hebben, slechts zeven broden en een paar vissen (Marcus 8.1 – 10). Dat is meer dan genoeg. Als we gul geven wat we hebben in deze synode, zal dat meer dan genoeg zijn. De Heer van de oogst zal voorzien.

Naast onze priorij in Bagdad is een tehuis voor verlaten kinderen van alle geloven, gerund door de zusters van Moeder Theresa. Ik zal nooit de kleine Nura vergeten, ongeveer acht jaar oud, geboren zonder armen of benen, die de jongere kinderen voedt met een lepel in haar mond. Je kunt je afvragen wat het nut is van kleine daden van goedheid in een oorlogsgebied. Maken ze enig verschil? Is het niet gewoon pleisters plakken op een rottend lichaam? We doen kleine goede daden en laten de Heer van de oogst ze de vruchten geven die hij wenst. Vandaag komen we samen op het feest van de heilige Theresia van Lisieux. Zij werd 150 jaar geleden geboren. Ze nodigt ons uit om haar ‘kleine weg’ te volgen die naar het Koninkrijk leidt. Ze zei: ‘Bedenk dat niets klein is in de ogen van God.

In Auschwitz kreeg Primo Levi, de Italiaanse Jood, elke dag een deel van het brood van Lorenzo. Hij schreef: “Ik geloof dat het echt aan Lorenzo te danken is dat ik vandaag nog leef; en niet zozeer vanwege zijn materiële hulp, maar omdat hij me er door zijn aanwezigheid, door zijn natuurlijke en gewone manier van goed zijn, voortdurend aan herinnerde dat er nog een wereld buiten de onze bestaat, iets en iemand die nog puur en heel is, niet corrupt, niet woest… iets dat moeilijk te definiëren is, een verre mogelijkheid van goedheid, maar waarvoor het de moeite waard was om te overleven. Dankzij Lorenzo slaagde ik erin niet te vergeten dat ik zelf een mens was.[2]” De kleine portie brood redde zijn ziel.

De laatste woorden van St David, de beschermheilige van Wales, waren: Doe eenvoudige dingen goed. Onze hoop is dat alle kleine daden die we tijdens deze synode doen, vruchten zullen dragen die ons voorstellingsvermogen te boven gaan.  Op die laatste avond gaf Jezus zichzelf aan de discipelen: Ik geef mezelf aan jullie’. Laten we tijdens deze synode niet alleen onze woorden en overtuigingen delen, maar ook onszelf, met eucharistische vrijgevigheid. Als we ons hart voor elkaar openen, zullen er wonderlijke dingen gebeuren. De discipelen verzamelen alle stukjes brood en vis die overblijven na het voeden van de vijfduizend. Niets gaat verloren.

Een laatste punt. Petrus probeert Jezus tegen te houden om naar Jeruzalem te gaan, omdat hij het onzinnig vindt. Het is absurd om daarheen te gaan om gedood te worden. Wanhoop is geen pessimisme. Het is de schrik dat niets meer zin heeft. En hoop is geen optimisme, maar het vertrouwen dat alles wat we meemaken, al onze verwarring en pijn, op de een of andere manier zin zal krijgen. We vertrouwen erop dat, zoals Paulus zegt: “Nu weet ik ten dele; daarna zal ik begrijpen zoals ik begrepen ben” (1 Korintiërs 13.12).

Zinloos geweld vernietigt alle betekenis en doodt onze ziel. Toen de heilige Oscar Romero, de aartsbisschop van San Salvador, de plek bezocht waar het Salvadoriaanse leger een bloedbad aanrichtte, zag hij het lichaam van een jongetje in een greppel liggen: “Het was nog maar een kind, op de bodem van de greppel, met zijn gezicht omhoog. Je kon de kogelgaten zien, de kneuzingen van de slagen, het opgedroogde bloed. Zijn ogen waren open, alsof hij vroeg naar de reden van zijn dood en het niet begreep[3].’ Toch was het op dat moment dat Romero de zin van zijn leven ontdekte en de roep om het op te geven. Ja, hij was bang tot het einde. Zijn dode lichaam was doordrenkt met zweet terwijl hij naar de man keek die op het punt stond hem te doden. Maar hij was niet langer de slaaf van de angst.

Ik hoop dat er in deze synode geen geweld zal zijn! Maar vaak zullen we ons waarschijnlijk afvragen wat de zin van dit alles is, maar als we naar Hem en naar elkaar luisteren, zullen we de weg vooruit gaan begrijpen. Dit is ons christelijk getuigenis in een wereld die vaak het vertrouwen heeft verloren dat het menselijk bestaan enige zin heeft. Shakespeare’s Macbeth beweert dat het leven slechts een verhaal is, ‘verteld door een idioot, vol van geluid en woede, zonder betkenis[4]’. Maar door samen na te denken en te bidden over de grote vraagstukken waar de kerk en de wereld voor staan, getuigen we van onze hoop op de Heer die zin geeft aan elk menselijk leven.

Elke christelijke school is een getuigenis van onze hoop op ‘het licht dat schijnt in de duisternis en de duisternis heeft het niet overwonnen’ (Johannes 1,5). In Bagdad stichtten de Dominicanen een academie die als motto heeft: ‘Hier zijn geen vragen verboden’. Midden in een oorlogsgebied getuigt een school van onze hoop dat de onzin van geweld niet het laatste woord zal hebben. Homs in Syrië is een stad die grotendeels verwoest is door zinloos geweld. Maar daar tussen de ruïnes ontdekten we een katholieke school. Hier weigerde de Nederlandse jezuïet Franz van der Lugt te vertrekken ondanks doodsbedreigingen. Hij werd zittend in de tuin doodgeschoten. Maar we vonden een oude Egyptische Jezuïet die nog steeds les gaf. Hij leidde een nieuwe generatie kinderen op om door te gaan met het proberen zin te geven aan hun leven. Zo ziet hoop eruit.

Dus, mijn broeders en zusters, we kunnen verdeeld zijn door verschillende verwachtingen. Maar als we naar de Heer en naar elkaar luisteren, op zoek om zijn wil voor de Kerk en de wereld te begrijpen, zullen we verenigd worden in een hoop die onze meningsverschillen overstijgt, en aangeraakt worden door degene die Augustinus die ‘schoonheid zo oud en zo nieuw’ noemde… Ik heb u geproefd en nu honger en dorst naar u; u hebt mij aangeraakt en ik stond in vuur en vlam voor uw vrede'[5] In de volgende sessie zullen we kijken naar een andere manier waarop we verdeeld kunnen zijn, door ons begrip van wat voor soort huis de Kerk is.

 

[1] Franklin D. Roosevelt

[2] ‘Overleven in Auschwitz’ The Tablet 21 januari 2006

[3] Scott Wright Oscar Romero en de gemeenschap van heiligen Orbis New York 2009 p.37

[4] Macbeth akte 5, scène 5

[5] Belijdenissen, Bk 7.27, brevierlezing voor zijn feest.

 

 

Poustinia: Levenslessen van een Rabbijn

Aanbevolen door de broeders van Egmond:

Poustinia-online wil mensen samenbrengen in een leesgroep om verdiepende gesprekken te voeren met elkaar, persoonlijk en op de inhoud.

We beginnen met Levenslessen van een rabbijn, van Awraham Soetendorp

“Wat ik altijd heb willen doen, is dichterbij komen in de duisternis”

Awraham Soetendorp geboren in de oorlog. De eerste twee jaar van zijn leven bracht hij door op een onderduikadres. Op zijn 25ste begon hij, als jongste rabbijn van Nederland, met ‘het werk van vrede en hoop’. In de media groeide hij uit tot de stem van liberaal-joods Nederland.

Aan de vooravond van zijn tachtigste verjaardag blikt hij terug. Hij deelt de belangrijkste inzichten die hij opdeed in een rijk en bevlogen leven, dat getekend werd door de oorlog en de gevolgen daarvan. Hij zag veel en vaak onmogelijk te dragen verdriet om zich heen. Waar het om gaat, betoogt hij, is dat verdriet en woede uiteindelijk niet de overhand krijgen, maar dat de balans doorslaat naar hoop en optimisme.

Maar wat betekent een moedig en hoopvol leven, voor jezelf en voor de ander? Levenslessen van een rabbijn is een bezield, wijs en noodzakelijk boek over liefde, ankering, over breken en helen, over verzet, verzoening en een goed geweten.

Datum:   vrijdag 6, 13, 20 en 27 oktober 2023

Tijd:        10.30 uur tot 12.00 uur

Leiding:  Janneke Krijger en Frank Roes

Aanmelden: www.poustinia-online.nl

 

 

Sterke vrouwen in de Bijbel

Van harte aanbevolen:  Online-cursus van Poustinia
Gods sterke dochters – grote vrouwen in de Bijbel

Steeds meer vrouwen willen een nieuwe weg van innerlijke vrijheid gaan, vertrouwend op hun vrouwzijn en meer bij zichzelf, met alles wat daarbij hoort.
Aan de hand van Bijbelse archetypen worden een aantal Bijbelse vrouwbeelden gepresenteerd, die iedere vrouw in zich draagt. Het gaat over een spirituele beleving die mensen altijd heeft ontroerd en om de kracht en ervaringen die ieder vrouw heeft meegemaakt.
Achter de heilige Benedictus van Nursia stond ook een sterke vrouw, die we vandaag de dag als heilige vereren.
Het is Scholastica, over wie paus Gregorius de Grote schrijft dat ze de zus van Sint Benedictus was. Zo is ze vandaag niet alleen een voorbeeld van haar ononderbroken liefde voor God, maar ook van haar oplettendheid waarmee ze de woorden van Benedictus en daarin het Woord van God in zich opneemt en laat werken.
De vier vrouwen laten zien hoe passie en liefde, vurigheid en koningschap, moederschap en priesterschap, wijsheid en rechtvaardigheidsgevoel, en zachtmoedigheid en strijdlust eruit kunnen zien in ons leven. Met een aanmoediging om deze eigenschappen in het leven toe te laten. Want vrouwen die kunnen genieten van hun individualiteit, worden onafhankelijker en sterker. Ze zijn niet meer de prinses die op de prins wacht, maar Koningin in hun eigen leven.

In de eerste reeks bijeenkomsten bespreken we:
• Debora, de richteres,
• Hagar, de verlatene en door de engel beschermde,
• Hanna, de wijze vrouw,
• Ruth, de vreemde

Datum: vrijdag 1, 8, 15 en 22 september 2023
Tijd: 10.30 uur tot 12.00 uur
Leiding: Janneke Krijger
Aanmelding: www.poustinia-online.nl

 

Een brief aan iedere aardbewoner: filmtip!

In 2015 schreef Paus Franciscus een brief aan iedere aardbewoner over de staat van ons gezamenlijk huis: de Aarde. In vervolg hierop maakte hij samen met anderen een mooie documentaire over zijn brief. In deze brief (Laudato Si) geeft de paus een stem aan vier groepen die in de periferie staan: de armen, de jeugd, de inheemse volken en de natuur zelf. In de film nodigt hij vier mensen uit die deze periferie vertegenwoordigen, om elkaar te ontmoeten en in dialoog te gaan.

Kijk hier de prachtige film en stuur het ook door aan de mensen om je heen of kijk het met een groep. De broeders hebben de film gezien en hopen dat het veel mensen mag inspireren om de aarde weer tot een Levende Aarde te maken.

PAX!

De Broeders van Egmond

 

Meert info: Officiele website film

Nieuwe CD te koop

Bram Verheijen, medewerker van de abdij en leider van de abdijschola, is naast zijn werk voor de abdij ook zanger in ensemble  Cantus Modalis.

O.l.v. Dr. Rebecca Stewart hebben leden van Cantus Modalis en het Ensemble Seconda Prat!ca samengewerkt in een herdenking van de 500e verjaardag van de dood van Josquin Desprez. Zij hebben een CD opgenomen als een hommage aan deze uitzonderlijke renaissance componist met als titel In Memoria Mea.

Op 27 augustus, de sterfdag van Josquin Desprez, waren ze te beluisteren tijdens het festival Oude Muziek in Utrecht.
De CD is vanaf vandaag in de abdijwinkel te koop.

Luister hier naar een fragment van de CD.

NPO Radio 4 besteedde ruim aandacht aan deze componist en ook aan deze CD, waarbij Dr. Rebecca Stewart, zangeres, etnoloog, Josquin-specialist en leider van Cantus Modalis, werd geïnterviewd door het programma Vrije Geluiden: hier te beluisteren

Verdere concerten:

Donderdag 23 september 2021
Festival Musica Antica
Lutherse Kerk, Den Haag om 17.00 en 20.00 uur.
Bekijk hier het programma

Vrijdag 24 september 2021
Festival Musica Sacra
OLV Basiliek, Maastricht om 17.00 uur.
Bekijk hier het programma

In november volgt er een tournee door Zweden.

‘In Memoria Mea’

Bram Verheijen, medewerker van de abdij en leider van de abdijschola, is naast zijn werk voor de abdij ook zanger in ensemble  Cantus Modalis.

O.l.v. Dr. Rebecca Stewart hebben leden van Cantus Modalis en het Ensemble Seconda Prat!ca samengewerkt in een herdenking van de 500e verjaardag van de dood van Josquin Desprez. Zij hebben een CD opgenomen als een hommage aan deze uitzonderlijke renaissance componist met als titel In Memoria Mea.

Op 27 augustus, de sterfdag van Josquin Desprez, waren ze te beluisteren tijdens het festival Oude Muziek in Utrecht.
De CD is vanaf vandaag in de abdijwinkel te koop.

Luister hier naar een fragment van de CD.

NPO Radio 4 besteedde ruim aandacht aan deze componist en ook aan deze CD, waarbij Dr. Rebecca Stewart, zangeres, etnoloog, Josquin-specialist en leider van Cantus Modalis, werd geïnterviewd door het programma Vrije Geluiden: hier te beluisteren

Verdere concerten:

Donderdag 23 september 2021
Festival Musica Antica
Lutherse Kerk, Den Haag om 17.00 en 20.00 uur.
Bekijk hier het programma

Vrijdag 24 september 2021
Festival Musica Sacra
OLV Basiliek, Maastricht om 17.00 uur.
Bekijk hier het programma

In november volgt er een tournee door Zweden.

De wolk van niet-weten (ignis)

De wolk van niet-weten is op veler verzoek opnieuw uitgegeven. Ben Frie is opnieuw onder de indruk. “Het tijdsverschil tussen toen (14e eeuw) en nu speelt nauwelijks een rol.” 

 (lees hier het bericht op ignisweb)

 

Onverwacht kreeg ik bezoek van een oude vriend. Hij zat in het pakketje dat op mijn deurmat was gevallen, en bestond in een vertaling van De wolk van niet-weten, met het verzoek van de uitgever om de derde druk te bespreken van deze oude mystieke tekst uit het laat-middeleeuwse christendom. “Het is al meer dan twintig jaar uitverkocht en is nu op verzoek van velen herdrukt”, aldus de uitgever. Ik had er een goede herinnering aan en nam de aanleiding graag aan om het na (inderdaad) lange tijd te herlezen.

 

Het gaat hier om mystiek, een ervaringsmatige kennis van God.

 

De inleiding van André Zegveld werd ongewijzigd overgenomen uit de editie van 1974 (Gottmer’s uitgeversbedrijf). De lezer wordt goed binnengeleid in de thematiek: het gaat hier om mystiek, een ervaringsmatige kennis van God, niet op grond van verstandelijk inzicht, maar van persoonlijke overgave. Het gaat om beschouwen, zoeken en leren kennen. Maar mystiek is een duister kennen: “het licht Gods is nacht voor de mens die Hem kennen wil”. Liefde is de grondtrek van het mystieke kennen: niet zweverig, “maar hard, gebiedend, terughoudend en belangeloos”.

 

Iemand die durft te steunen op eigen ervaring

De auteur van De wolk van niet-weten, zo wordt toegelicht, is onbekend. Het was een geestelijk leidsman, iemand die durft steunen op eigen ervaring. Het geschrift dateert uit de tweede helft van de veertiende eeuw en werd geschreven in Engeland (East Midland). Het was een tijd waarin het mystieke leven bloeide, overal in het Europa van toen. Zegveld ziet een interessante parallel tussen die tijd en de onze: er was grote beroering, en net als toen breekt onze tijd zonder zicht op een nieuw evenwicht. Tegelijk, zegt hij, is er een hang naar mystiek, naar kennis van de zin ervan. 

Welnu, wij moeten het moeitevolle werk van de beschouwing leren van het niets-doen, zwijgen: gelatenheid is een karakteristiek, wachten op wat wellicht gegeven wordt. Dat is de weg van de mystiek: je steeds intenser bewust worden van de diepe aanwezigheid van God, overal, omdat Hij de mens een gevoel geeft van zijn aanwezigheid. Het gaat om leven met God, niet om het begrijpen van God. Tot zover de inleiding.

 

Een reeks citaten uit het boek

Dan begint “een boek over beschouwing, getiteld De wolk van niet-weten (The cloud of unknowing), in welke wolk de ziel wordt verenigd met God. Het mag alleen beschikbaar zijn voor wie besloten heeft Christus volmaakt te willen volgen”. De aanspreking van de lezer is vertrouwelijk: “mijn vriend in God”. We laten uit het geschrift enkele citaten volgen; let meteen op de directheid van de vertaling.

 

Wat je ook probeert te doen, deze duisternis, deze wolk blijft tussen jou en God.

 

“Als je pas begint, vind je alleen maar duisternis, en als het ware een wolk van niet-weten. Je begrijpt niet wat dat te betekenen heeft, behalve dan dat je in je wil een onwrikbaar verlangen ontdekt dat uitgaat naar God. Wat je ook probeert te doen, deze duisternis, deze wolk blijft tussen jou en God.”

“Tref die zware wolk van niet-weten met de felle pijl van je verlangende liefde, en laat in geen geval ooit de gedachte om op te geven bij je toe.”

“Wees er zeker van dat je in dit leven nooit een onbewolkt zicht op God zult hebben.”

“Span daarom op alle mogelijke manieren al je krachten in om jezelf te leren kennen en ervaren zoals je werkelijk bent. Het zal dan niet lang duren, denk ik, of je zult een echte kennis en ervaring hebben van God, zoals Hij is.”

“Het is zwaar werk – vergis je daarin niet – voor wie beschouwend wil leven, echt zwaar werk, behalve als God het hem door een bijzondere genade gemakkelijker maakt, of hij er door lang volhouden aan gewend geraakt is.” 

 

Jezelf overleveren aan God

De uitnodiging is heel duidelijk: lever jezelf over aan God; je nederigheid bewerkt dat God zelf in zijn macht neerdaalt in jou. Er volgt een waarschuwing voor hoogmoed: “sla bekoringen neer met het scherpe tweesnijdende zwaard der onderscheiding”. Ontmasker dwalingen. “En roep dan in de geest onophoudelijk alleen maar dit ene: ‘Zonde, zonde, zonde! Help, help, help!’” Het gaat over misleid worden, de duivel, maar ook over God die met je omgaat “zoals iedere vader zijn kind kust en knuffelt”. Altijd blijft er een wolk van niet-weten tussen jou en je God: “Lees daarom dit geschrift twee of drie maal; hoe vaker, hoe beter, want des te meer zul je ervan begrijpen. […] Maar schreeuwers, vleiers en kankeraars, kwaadsprekers en bemoeiallen, of wat voor soort brompotten ook, hoeven voor mij dit boek niet te zien. […] Ik heb liever dat ze er nooit iets over horen.”

 

De auteur is een sterk pedagoog, die de lezer direct weet aan te spreken

 

We horen al lezend echo’s van geestelijke geschriften elders, in heldere, klare taal, en vloeiend Nederlands. Het werkt als een handleiding, een gebruiksaanwijzing voor het geestelijk leven. De auteur is een sterk pedagoog, die de lezer direct weet aan te spreken. Het is geen eenvoudige handleiding, en de suggestie om het meermalen te lezen blijft alleszins geldig. Het tijdsverschil tussen toen (14e eeuw) en nu speelt nauwelijks een rol, al mag gezegd zijn dat nederigheid uit ons taalgebruik verdwenen lijkt. Dit boek haalt het woord op volle kracht terug.

De wolk van niet-weten. Sint-Adelbertabdij, Egmond, 1994. Uitgeverij Karnak, 2020, Drempt. 160 blz. € 24,9

 

Bron: ignisweb

Tot zegen geroepen!

Dom Bernardus, de voorzitter van de Konferentie Nederlandse Religieuzen, schreef een prachtige Paasbrief, die bredere bekendheid verdient. Lees hier de brief:

TOT ZEGEN GEROEPEN 

“De Verrezene nam de leerlingen mee de stad uit, tot bij Betanië. Daar hief hij zijn handen op en zegende hen. Terwijl hij hen zegende, ging hij van hen heen en werd opgenomen in de hemel.” (Lucas 24, 50-51)

Zusters en Broeders,

Iedere avond na de laatste gebedsdienst komen de broeders in een rij langs mij heen om
persoonlijk de zegen te ontvangen. Een mooi en oud gebaar dat misschien wel tot de meest intieme momenten van de dag en de broederschap behoort. Eén voor één trekken de broeders met wie je lief en leed deelt langs je heen en je mag hen zegenen. Tenminste, zo voelt dat voor mij! Je mag hen het goede toezeggen – want dat is zegenen -, niet alleen voor de donkere uren van de nacht maar ook voor een volgende, nieuwe dag.

Dit dagelijks ritueel is niet alleen maar mooi en teder, soms kan het heel ongemakkelijk zijn. Je kent elkaar door en door om te weten dat niet heel het gedrag van de broeder die om de zegen vraagt goed is. In die zegen speelt ook mijn eigen persoon en gedrag een rol. Ik ben wellicht boos geweest op die broeder, ik heb me opnieuw vreselijk geïrriteerd of wellicht heb ik zelfs kwaad over hem gesproken. Soms weet de broeder het en soms ook niet.

Soms zou je die zegen wel willen weigeren maar gelukkig helpt het ritueel om het toch gewoon te doen. Daarmee helpt het ook om de zo noodzakelijke vergeving in een gemeenschapsleven ritueel vorm te geven. Op zo’n moment moet ik vaak terugdenken aan het kruisje dat vader en moeder ons als kinderen voor het slapengaan gaven. Hoeveel vreugde zouden zij daar niet in beleefd hebben maar ook hoe moeilijk zullen zij het gevonden hebben wanneer mijn gedrag als kind hen soms tot wanhoop bracht? Toch kan ik me niet herinneren dat vader of moeder ooit deze zegen geweigerd hebben.

De verrezen Heer zegent zijn leerlingen ook wanneer Hij van hen heen ging en werd opgenomen in de hemel. Hij verwijt zijn leerlingen niets, maar Hij zegt hen de vrede toe en zegent hen! Opmerkelijk is dat – wat geen oog heeft gezien en geen oor heeft gehoord – de Heer die opstaat uit het graf – vaak door kunstenaars is afgebeeld als Iemand die zegenend uit het graf opstaat. Ook wanneer men Jezus afbeeldt aan de rechterhand van de Vader, zien we Hem vaak zegenend. Wij associëren Jezus dan ook met zegen.

De viering van Pasen staat vol met zegeningen. De zegen van het nieuwe vuur, de zegening van de Paaskaars, de zegening van het nieuwe water waarin wij zijn herboren, de zegening van brood en wijn, vruchten van de aarde, de zegen van het volk in de vreugde van Pasen. De ervaring van Pasen is een en al zegen. Het laatste, zichtbare, gebaar dat Jezus hier op aarde achterlaat is Zijn zegen. Zo worden we opgeroepen om op tocht te gaan en vrucht te dragen, elkaar tot zegen zijn (Gen. 12,2).

Onlangs werd het, op een pijnlijke manier duidelijk, hoe moeilijk het is om elkaar tot zegen te zijn. De Congregatie voor de Geloofsleer publiceerde een document waarin zij stelling nam tegen het zegenen van verbintenissen tussen mensen van eenzelfde geslacht. Het document leidde tot veel teleurgestelde reacties, vaak met schaamte, pijn en verdriet, allereerst in de gelovige LHTB-gemeenschap, maar ook bisschoppen, theologen en anderen lieten van zich horen. Het Vaticaan benadrukte de nuances in het document en dat het hier niet om een veroordeling van personen ging maar om een verbintenis die niet gelijkgesteld kan worden met het sacrament van het huwelijk en niet los gezien kon worden van de visie van de Kerk op seksualiteit. Nuances die in de westerse wereld de wenkbrauwen doen fronsen.

Gedurende dit pontificaat van Paus Franciscus zijn we er als gelovige gemeenschap vertrouwd mee geraakt om voortdurend te blijven staan in de spanning tussen uitersten. Het doel van de Paus is om in deze spanning geduldig te volharden zodat er iets nieuws kan ontstaan. Een spanning die hij wil gebruiken om tot onderscheiding te komen. Het vraagt echter om een houding van respect, begrip en fijngevoeligheid naar alle kanten. Alleen zo bouwen we als gelovige gemeenschap aan een brug waarover we samen de Heer tegemoet kunnen gaan en Hij, zoals in de Paasverhalen, ons tegemoet kan komen. Zo wil Paus Franciscus ons tot zegen voor elkaar laten zijn. Geen gemakkelijk opgave in een wereld waarin wij allemaal gelijk willen hebben en waarin polarisatie hoogtij viert.

In de Romeinse verklaring gaat men niet langer in die spanning staan – misschien kan zij dat ook niet – maar kiest zij voor één kant. Mgr. Bonny, bisschop van Antwerpen verwoordde het treffend: “Een leven vastzetten op één aspect en dan zeggen als dat ene niet juist zit, is alles verkeerd? Dat kan niet.” (De Standaard, 17 maart 2021)

Elkaar tot zegen zijn is niet enkel een kwestie van een gebaar. Het houdt ook in dat we spreken vanuit respect, begrip en fijngevoeligheid. Je hoeft het dan nog niet met elkaar eens te zijn maar voorkom een spreken dat kwetst. Op het punt van zo’n gevoelig onderwerp als homoseksualiteit doet dit de apostolische exhortatie Amoris Laetitia (2016) waarin Paus Franciscus zegt: ‘Eerst bevestigen wij opnieuw, dat iedere mens, ongeacht seksuele oriëntatie, gerespecteerd moet worden en in zijn of haar waardigheid gelaten. Uitingen van ‘onrechtmatige discriminatie’ moeten zorgvuldig vermeden worden, met name elke vorm van agressie of geweld. De families moet respectvolle pastorale zorg worden aangeboden, zodat mensen met een homoseksuele
oriëntatie hulp kunnen krijgen bij het ten volle uitvoeren van Gods wil in hun leven.’ (nr. 250) Deze taal strekt meer tot zegen, ofschoon ze voor sommigen te ver en voor anderen tekort zal schieten. Het laat in ieder geval ruimte voor gesprek en dialoog.

Als religieuzen willen wij ons inzetten voor gesprek en dialoog, niet alleen in onze eigen gemeenschappen, in de Kerk maar ook met mensen daarbuiten. Wij voelen mee met het verdriet van zovele LHTB-ers in en buiten onze Kerk. We denken ook aan hun ouders en grootouders, broers en zussen. Uit pastorale ervaring weten wij hoe velen van hen hopen en bidden om een zegenrijk woord en gebaar van een geloofsgemeenschap die zij liefhebben en waartoe velen krachtens hun doopsel ook behoren. De Congregatie voor de Geloofsleer mag dan haar redenen hebben, maar het gesprek en de dialoog moet zij blijven aangaan en zorgvuldiger zijn in haar bewoordingen. Zeker, een hele opgave, zeker in een wereldkerk maar laten wij elkaar toch tot zegen zijn in woord en gebaar! Als Nederlandse religieuzen wijzen wij ook op het feit dat een ongenuanceerd spreken over homoseksualiteit geweld en sociale uitsluiting van LHTB-ers in onze samenleving bevordert. Hetgeen nooit de bedoeling kan en mag zijn van ons spreken.

Zegenen gebeurt in onze katholieke traditie altijd met het gebaar van het kruisteken. Juist in deze tijd vóór Pasen weten we maar al te goed hoezeer het kruis een teken van tegenspraak is. Het is één van de vreselijkste martelwerktuigen uit de menselijke geschiedenis en tegelijkertijd is zij het teken van de overwinning op het kwaad. In zijn boek ‘School van gebed’ schrijft Anselm Grün:

“In het Westen brengen we het kruisteken vaak in verband met de trinitaire formule:
‘In de naam van de Vader, de Zoon en de heilige Geest’. Moge de drie-ene God ons aanraken en transformeren. Syrische christenen hebben deze trinitaire formule uitgebreid: ‘In de naam van de Vader, die ons heeft bedacht en gemaakt. En van de Zoon, die is afgedaald in de diepten van ons menszijn. En van de heilige Geest, die links met rechts verenigt.’ Door deze formule wordt de essentie van ons christelijk geloof uitgedrukt. God als Vader is de schepper van de hele wereld. Hij creëert ons denken. De Zoon van God is in zijn menswording afgedaald naar de aarde, Hij is tevens afgedaald in het schaduwrijk van onze ziel, zodat we samen met Hem afdalen in de diepten van onze ziel. De Zoon wil ons bevrijden van de angst dat er in onze diepte iets duisters en demonisch ligt. Ik ken mensen die bang zijn om te luisteren naar wat er in hen leeft, omdat ze vermoeden dat er iets demonisch in hen huist. Tegen hen zeg ik: het kruis heeft alle diepten van ons menszijn vervuld en geheeld. Het is de taak van de heilige Geest om tegenstellingen in ons met elkaar te verbinden. Gods Geest moet ons volledig doordringen. En Hij moet onze innerlijke verscheurdheid helen, ons één laten worden met God, met onszelf en met andere mensen.”

Laten we met een zegen in woord en gebaar verschillen overwinnen, in respect, begrip en fijngevoeligheid voor elkaar. Juist in een tijd waarin we langzaam uit de coronacrisis geraken zouden we ons als Kerk meer bewust mogen zijn van het feit dat wij geroepen zijn tot zegen voor elkaar! Moge het voor ons allen een gezegend Paasfeest worden!

21 maart 2021, sterfdag van St. Benedictus (de gezegende) van Nurcia
Br. Bernardus Peeters ocso
Voorzitter KNR

 

Download hier de originele brief via de site van de KNR

 

Lees hier het artikel over de reactie van Bisschop Bonny op kerknet.be

Nieuwsbrief

Schrijf u vrijblijvend in en blijf op de hoogte van de activiteiten van Abdij van Egmond.

We respecteren uw privacy. Sint-adelbertabdij zal uw e-mailadres nooit delen met derden.
© 2024, Abdij van Egmond Algemene voorwaarden