Column

K E R S T

Laatst kwam ik de kinderbijbel tegen geschreven door W.G. van der Hulst met pentekeningen van Ising. Even kreeg ik heimwee naar vroeger.  Ik had een vader die heel mooi kon voorlezen, eigenlijk was het meer voordrágen. Daarvoor werd gebruik gemaakt van deze bijbel. Op de eerste pagina wordt vermeld: ‘De Bijbelsche Geschiedenissen’ 5e druk. En daaronder: ‘De eerste uitgaaf van dit werk werd vereerd met de inteekening van hare majesteit onze geëerbiedigde en geliefde koningin’. Deze bijbel is mij zeer lief en bijna letterlijk ‘kapot gelezen’.

Zodra ik de woorden ‘bijbelsche’ en ‘inteekening’ type laat de computer mij weten, door deze woorden rood te onderstrepen, dat de spelling niet klopt. Ondertussen is er wat onze taal betreft al veel veranderd.

Het verhaal van Noach en zijn ark vond ik indrukwekkend: ‘Daar kwamen ze, de groote en de kleine dieren. Zij die loopen, die kruipen en zij die vliegen’. Toen Noach met zijn gezin en alle dieren binnen waren sloot God de deur. Niemand anders mocht meevaren. Daar had ik echter wel moeite mee. Ik  dacht aan oom Jaap en tante Marie. Ze woonden tegenover ons en hadden geen kinderen. Ik was daar graag en zij vierden op 5 december altijd pakjesavond bij ons. Stel je voor dat ik in die ark had gezeten terwijl oom en tante buiten in paniek rondzwommen. Dan zou ik toch heel stiekem de deur even open gedaan hebben.

Maar het allermooiste was toch wel het kerstverhaal. Vooral omdat daar zoveel engelen in voor kwamen. Natuurlijk schrok Jozef toen Maria hem vertelde dat ze zwanger was. Hij wist namelijk zeker dat dit kind niet van hem was. Opgelucht was ik om te horen dat Jozef daarna die nacht tijdens zijn slaap ook bezoek kreeg van een engel die hem vertelde wat er werkelijk te gebeuren stond. Maar ook vroeg ik me af of het eigenlijk niet handiger zou zijn geweest als  de engel, die eerder aan Maria was verschenen, aan hen samen de boodschap had gebracht. Dat scheelde toch weer een keer heen en weer vliegen tussen hemel en aarde en bovendien voor Jozef veel twijfels.

In het kerstverhaal vlogen de boden Gods af en aan. Zij zorgden voor woorden uit den hoge. Eerst de engel die Maria liet weten dat zij de moeder van de Messias zou worden. Daarna de engel die Jozef gerust stelde. Vervolgens de herders die midden in de nacht bij hun schapen opeens een engel zagen en daarna een heel koor engelen dat zong:  “Ere zij God en vrede op aarde”. Eigenlijk word ik tijdens de kerstdagen weer een kind wat gelooft in een verhaal dat lijkt op een sprookje. Maar deze vertelling heeft niets te maken met de Efteling of de verhalen van de gebroeders Grimm die veel later weer zijn verfilmd door Walt Disney.

Ik wens iedereen een zalig kerstfeest en een gezond en gelukkig nieuwjaar toe.

Adriana Madderom.

Volgend artikel Bekijk het overzicht
Gastenverblijf
Een plaats van gebed en ontmoeting, van rust en stilte, waar iedereen zich thuis mag voelen en op adem mag komen.
Meer informatie