Preek 2 juni 2024
Zondag 9 dhj B Deut.5/12-15; 2 Kor. 4, 6-11; Mc. 2, 23-3,6.
Met de lezingen van deze zondag spelen we om zo te zeggen een thuiswedstrijd. Het gaat hier om wat wij aan het doen zijn. Wij vieren de dag des Heren. Daarom zijn wij samengekomen, we luisteren naar de Schrift en we vieren het misoffer. Wij brengen ons te binnen dat Jezus ons Gods heils wil is komen bekend maken, dat hij ons in tekenen nabij wil zijn en deel geeft aan zijn eigen leven. In onze abdij staat die viering dagelijks centraal, zoals dat tot voor kort was dat het geval in elke kerk. De secularisatie, met als gevolg gebrek aan priesters en wegslijtende betrokkenheid van gelovigen heeft dat op de meeste plaatsen onmogelijk gemaakt. Het is nu al heel mooi als mensen de zondag in ere houden als de dag des Heren.
In de H. Schrift lezen we, en vandaag hoorden we het in het boek Deuteronomium: “Zes dagen kunt u werken en al uw arbeid verrichten, maar de zevende dag is een sabbat voor de Heer uw God. Dan kunnen uw dienaar en uw dienares uitrusten evenals gijzelf.” Dat moet in de cultuur van die tijd hoogst ongewoon zijn geweest. De mensen vereerden wel hun goden, maar bekommerden zich in het algemeen weinig om hun slaven. Vrije mensen konden zich wijden aan de dingen van de geest en daarnaast aan allerhande spelen en sport. Dienaren, en dat waren meestal buitgemaakte slaven, werden door verstandige meesters zeker niet altijd niet slecht behandeld, maar zij hadden nergens recht op, en zeker geen geregelde vrije dag..
Was die dag des Heren, een geregelde vrije dag, niet een echt godsgeschenk!
Naast herinnering aan de eigen slavernij van de Joden in Egypte gold een andere reden voor de sabbat: “Want in zes dagen maakte Jahweh de hemel en de aarde, de zee en alles wat daarin is. Maar Hij rustte op de zevende dag. En daarom zegende Jahweh de sabbatdag. en heiligde hem (Ex.20/11). Deze tweede motivatie is geïnspireerd op het scheppingsverhaal uit het eerste hoofdstuk van Genesis:
Israël rust elke zevende dag en draagt die aan Jahweh op, omdat Jahweh zelf in zes dagen de hemel en de aarde heeft gemaakt, maar op de zevende dag niet actief was en deze zegende en heiligde. Ter herinnering daaraan rust Israël elke zevende dag en wijdt deze aan Jahweh. Deze tweede motivatie is meer theologisch, meer spiritueel, zo u wilt, dan de eerste. Maar beide redenen zijn geldig. Na zes dagen werken zal de mens een rustdag nemen en deze opdragen aan Jahweh, zijn God. Het vieren van de sabbat is een garantie voor verlossing, een teken van het verbond dat met God is aangegaan, een teken dat Israël toebehoort aan Jahweh, zijn God (Ex. 3/13; Ez. 20/12-20).
De sabbat is een rustdag, een vreugdevolle dag, “verrukkelijk en eerbiedwaardig” volgens Jesaja (58/13). We gingen op de sabbat naar het heiligdom, naar de tempel, naar de synagoge, of om een man van God te bezoeken” (II Koningen 4/23). Zwaar werk, handel en reizen werden onderbroken. Na de verwoesting van de Tempel en in Tijdens de ballingschap won de sabbat zelfs aan belang en de regels voor de naleving ervan werden strenger en strenger.
In de tijd van Jezus hadden de Farizeeën de sabbat tot een dag van dwang gemaakt. Jezus veroordeelde de sabbat niet, hij vierde die, maar verwierp de bekrompen interpretatie van de sabbat door de Farizeeën: “De sabbat”, zei hij tegen hen, “is gemaakt voor de mens, en niet de mens voor de sabbat” (Mark. 2/27). ). En omdat hij de Mensenzoon (de Messias) is, is hij ook de meester van de sabbat (28/2). Hij komt om het oude verbond af te schaffen en tegelijkertijd te vervolmaken en te vervangen door een nieuw verbond. De oude sabbat maakt plaats voor de nieuwe Dag des Heren.
Moge deze dag een rustdag voor ons zijn, een heilige dag, gewijd aan de lof van God, een dag voor de Heer.
Dat hij vandaag in de lezingen zo prominent naar voren komt is een mooie gelegenheid om er weer eens fris naar te kijken. Want hoe gaan wij om met dit gebod, dat in feite een geschenk is? Bij wat wij krijgen of kopen is dikwijls een gebruiksaanwijzing bijgesloten, zoals ook bij medicijnen, zorgvuldig te lezen om niet voor verrassingen te komen staan. Ook met het beleven van de dag des Heren kan het fout gaan. Hij kan verkeerd worden begrepen, hij kan worden misbruikt, hij kan het tegengestelde worden van waartoe hij bedoeld was. Mensen kunnen er een trauma aan overhouden, hij kan hun jeugd bederven. In de literatuur zijn er veel sombere beschouwingen aan gewijd. Dagen waarop niets mocht, dagen van verveling, met lange kerkdiensten en sombere preken.
Dan is een dag des Heren geen vrije dag, maar een dag waarop veel moet en nog meer niet mag, een dag van verplichtingen en verboden, een verloren dag. En dat is eigenlijk zonde. Zonde van de vrije dag. Zo had de Heer het niet bedoeld. Dan is de dag des Heren als die verschrompelde hand, dan ben je ermee onthand, totdat de Heer je geneest. Die dag des Heren die bedoeld was als rustdag, om tot je zelf te komen, om ruimte te maken voor dankbaarheid, de weldaden van de Heer te overdenken, te belijden en te vieren. Om familiebanden aan te halen, om mensen die moesten zwoegen, voor wie het leven zwaar was en weinig perspectief bood een adempauze te geven.
Kijk eens hoe Jezus de sabbat beleeft. Hij wandelt met zijn leerlingen door het veld, en zij plukken wat aren. Hij geeft zijn leerlingen daarbij de vrijheid van kinderen Gods. En Hij verdedigt hun gedrag tegenover zijn tegenstanders. Hij wijst op de diepe zin van de Sabbat: “De mens is er niet voor de sabbat, maar de sabbat is er voor de mens.”
De dag des Heren is een dag van rust voor de mens, die vrij mag zijn van de dagelijkse zorg om te leven als kind van God. Voor sommige mensen is het dan wel geen werkdag, maar hij zit propvol met verplichtingen, sociale contacten, sportevenementen, die geen ontspanning meer zijn maar stress veroorzaken. Wij monniken zijn vrij voor Preek 2 juni 2024
God, niet dat wij ontlast zijn van alle arbeid, u kent het motto ora et labora, en vroeger waren de lekenbroeders die het hardst werkten ook de beste bidders. Vacare Deo, vrij zijn voor God is je zelf en je zorgen uit handen kunnen geven, los kunnen laten, overgeven aan God, onze Schepper en Vader, die zijn volk Israel heeft bevrijd uit Egypte, en die nog steeds onze bevrijder wil zijn, als wij ons vrij willen maken voor Hem, de dingen een dag in de week de dingen laten, en onze wereld toevertrouwen aan zijn zorg. Dat is weldadig, en bevrijdend. En als we ons daarin verbonden weten met de Eeuwige, en we groeien in dankbaarheid en vertrouwen, dan kan de zondag echt een feestdag zijn. Wat zou dat onze samenleving ten goede komen!
br. Gerard Mathijsen osb