Hoogfeest van kerkwijding 7 oktober 2023

Afgelopen woensdag stond Franciscus van Assisi op de heiligenkalender. Voor menigeen staat dat gelijk aan de vermelding ‘Werelddierendag’. Franciscus heeft inderdaad een bijzondere band gehad met al die levende wezens in de lucht, op aarde en in het water. Maar zijn omgang met de schepping reikte verder en dieper. Zijn zorg en liefde, zijn bewondering en dankbaarheid kunnen ons helpen om onze kijk en omgang met de schepping te herzien. De schepping niet als koopwaar, als een voorwerp, maar een levend lichaam dat zorg verdient. Een lichaam ook dat ons voedt als een moeder. Het is dan ook niet voor niets dat paus Franciscus op die dag het vervolg publiceerde op zijn encycliek ‘Laudato Si’. Met het schrijven van “Laudate Deum’ spoort hij aan niet langer te aarzelen maar werk te maken van een nieuwe omgang met de schepping, met de aarde ons gemeenschappelijk huis, deze groene kathedraal, om te voorkomen dat het een onbewoonbaar verklaarde woning wordt.

Op dezelfde dag was er nog een andere belangrijke gebeurtenis. In Rome werd een nieuwe stap gezet in het synodaal proces. De samenkomst brengt niet alleen bisschoppen en andere prelaten bijeen, maar er zijn ook vertegenwoordigers uit de andere lagen van de kerk, mannen en vrouwen al dan niet religieus uit alle continenten. Samen zijn zij geroepen om in een geest van gebed te luisteren naar elkaar en naar de Geest om te onderscheiden hoe de kerk haar zending van Godswege in onze dagen gestalte kan geven. Kerkopbouw, kerkrenovatie en kerkbezieling.

En vandaag vieren wij de kerkwijding van onze abdijkerk. Wij doen dat in een wereld waar niet alleen ons gemeenschappelijk huis in zwaar weer verkeert, maar waar er ook veel vragen zijn over de staat van ons huis, dat de kerk is. Misschien hebben die twee wel iets met elkaar te maken. Want als de ziel ziek is, heeft dat ook zijn weerslag op het lichaam. Wij zijn medebewoners van het huis van de schepping en wij hebben ons thuis in het huis van de kerk. Hoe met dat alles om te gaan op de kleine plek die de onze is?

Misschien door te beginnen met het tonen van dankbaarheid. Want wij zijn bevoorrechte mensen. Zovelen hebben geen dak boven hun hoofd, letterlijk of figuurlijk en soms zelfs beiden tegelijk. Timothy Radcliffe sprak in zijn tweede meditatie voor de synode gangers in Rome deze week over meer dan 350 miljoen migranten op de vlucht voor oorlog en geweld. Dat zijn getallen die ons voorstellingsvermogen te boven gaan en ons tegelijk inscherpen dat wij bevoorrechten zijn. Maar bij bevoorrechten horen niet alleen lusten, maar ook plichten. Want als wij zulk een plaats hebben in het huis van de schepping, die openlucht kathedraal van God, dan stelt zich de vraag of wij anderen er ook hun plek en plaats gunnen. Zijn wij hoeders van het leven in al zijn verscheidenheid of zijn wij verdedigers van een territorium waarvan we niet eens de eigenaar zijn? Delen wij in die openlucht kathedraal zoals de Heer met ons deelt in zijn huis van gebed waar wij dagelijks aan de tafel genodigd worden, tot zegening en tot lering. ‘Dit is mijn lichaam voor jullie, doet dit tot mijn gedachtenis’, opdat de wereld zal weten wat haar tot vrede strekt. De kathedraal van de schepping verkeert in zwaar weer. Niet omdat er te weinig kerkgangers zijn maar omdat menigeen niet de plek krijgt die hem of haar toekomt. In onze omgang met de schepping als kathedraal met een open dak zijn wij toe aan een bekering.

En als wij dan kijken naar de kerk dan dient zich hetzelfde aan. Ook daar lijken er mensen aan de rand te worden geschoven, soms zelfs helemaal niet te worden toegelaten, terwijl dat toch een huis van gebed voor alle volkeren wordt genoemd. Aan wie ligt dat? Aan de gastheer, de huisheer, die de deur wijd openzet en op de uitkijk staat om ook de verloren zoon of het zwarte schaap te verwelkomen of zijn er andere factoren in het spel? Hebben wij soms zelf al te stellige regels of weten wij niet hoe je regels – en die dienen er te zijn – hoe je daarmee moet omgaan. Niet als stok om te slaan maar als staf om mee te gaan.

In het evangelie van vandaag zie wij hoe Zacheus in een boom klimt omdat hij Jezus wil zien. Dat was een type die niet in kerk of synagoge werd verwacht of misschien zelfs niet werd gewild. Hij klimt in een boom, het is zijn kerk van waaruit hij zicht krijgt op Jezus, een ongebruikelijke plek omdat hij onder het volk vermoedelijk zou worden weggedrukt ‘jij hebt hier niets te zoeken, weg hier’. Maar wie maakt dat uit? Zijn wij niet allen gasten en wie van ons heeft een schoon blazoen? De Heer is met zondaars aan tafel gegaan en daar hoorden de leerlingen ook bij, Petrus wist het als geen ander.

Wanneer wij hier in dit huis eucharistie vieren mogen wij thuiskomen bij de Heer, die ons aan de tafel van het leven nodigt. Hij laat ons delen in de liefde van de Vader die hem bewoont als geen ander. Wij krijgen hier niet alleen een dak boven ons hoofd, maar ook onze ziel krijgt hier een thuis, geroepen tot een gemeenschap die ons hart vervuld met hoop en vreugde. Maar aan die tafel horen wij zoals gezegd ook het woord ‘Doet dit tot mijn gedachtenis’, en dat is meer dan een misje in de kerk. Om zijn gedachtenis werkelijk in leven te houden worden wij geroepen en genodigd om ons leven te geven zoals hij het ons heeft voorgedaan. Wij delen in de liefde van Christus om op onze beurt handen en voeten te geven aan dat geheim en anderen een plek te geven aan de tafel van het leven, hier in dit huis en in het huis van de schepping.

Laten wij God eren in de kathedraal van de schepping en laten wij hem danken hier in dit huis waar Hij bij ons zijn intrek heeft genomen om te delen wat wij dagelijks om niet ontvangen, liefde sterker dan de dood, hoop op eeuwig leven, het lichaam voor ons gebroken.

Voor U in deemoed, met U in geloof, in U in stilte. AMEN.

Abt Thijs Ketelaars

Volgend artikel Bekijk het overzicht
Gastenverblijf
Een plaats van gebed en ontmoeting, van rust en stilte, waar iedereen zich thuis mag voelen en op adem mag komen.
Meer informatie