Preek 26 november 2023

De kerk sluit vandaag het liturgisch jaar af met het feest van Christus Koning en daarbij hoorden wij het slot van Matheus 25 voorlezen. Die passage gaat juist als de parabels die eraan voorafgingen over het einde van ons mensenleven, over het opmaken van de balans. Zover zijn wij in ons land nog niet. Na de verkiezingen van afgelopen dagen is er misschien sprake  van een nieuw begin. Maar welke balans dat gaat mettertijd gaat opleveren is nog heel de vraag.

Wie in een bedrijf op het eind van het jaar de balans wil opmaken, begint met het verzamelen van de gegevens van het voorbije jaar. Die zijn bepalend voor het eindresultaat. Welbeschouwd is wat aan de balans voorafgaat belangrijker dan de afsluiting. Aan die laatste valt immers niet veel aan te veranderen, tenzij je met de data gaat sjoemelen. Met dat in ons achterhoofd gaat het evangelie van vandaag dus niet over een verre toekomst, een einde der tijden, maar over het heden. Waar we de zaken nu niet goed voor elkaar hebben, waar we de ons gegeven tijd en mogelijkheden niet goed gebruiken,  zal dat terugkeren bij het opmaken van de eindbalans.

Daarbij speelt nog iets anders een belangrijke rol. Ons doen en laten maakt deel uit van een heel netwerk dat medebepalend is voor het eindresultaat. En waar dat wordt vergeten, verwaarloosd of ontkend, valt de balans misschien heel anders uit dan wij hadden verwacht. Wie in zijn leven niet alle factoren meeneemt, kan van een koude kermis thuiskomen.

“Alle volkeren zullen bijeengebracht worden”, hoorden wij in de lezing van het evangelie. In die laatste hoofdstukken voordat het verhaal van Jezus’ passie begint, zien wij hoe Jezus’ blik zich gaandeweg heeft verbreed. Het gaat niet meer alleen over het heil en welzijn van Gods volk, of van de kerk, nee, het gaat om heel de wereld met allen die erop wonen. Geen hokjes geest, maar een hart waarin heel de wereld een plek krijgt. Want heel de schepping gaat God ter harte en wil hij tot voltooiing brengen. Die brede visie heeft ook in het leven van Jezus een groeiproces doorlopen. Hij heeft in zijn doen en laten, in zijn bidden en zwijgen de liefde van de Vader meer en meer gepeild en is zo in zijn menselijk bestaan beeld geworden van God met ons, bewogen en bezorgd om ieder mensenkind zonder voorbehoud. Een verkiezingsprogramma of een regeringsprogramma dat heel de wereld omhelst.

Er valt bij lezing en herlezing nog iets op in dit evangelieverhaal. Er is sprake van schapen en bokken. Die twee groepen verschillen in de manier waarop ze in het dagelijkse leven omgezien hebben naar al die mensen die op de hulp van anderen zijn aangewezen. De bokken zijn eraan voorbijgelopen zonder er zich om te bekommeren, maar de schapen hebben als de barmhartige Samaritaan de nood van anderen gelenigd, bekenden en onbekenden. Was het van de bokken kwade wil of hadden ze geen tijd, waren andere zaken in hun ogen belangrijker, hadden ze alleen oog voor eigen welzijn en gewin? Wie zal het zeggen? Wat zien wij als wij in deze spiegel kijken? En die schapen dan, wat was de drijfveer in hun doen en laten? Werden ze gedreven door hun geloof, door het voorbeeld van Jezus of door de aanblik van een lijdende mens, iemand die toch ook een mens was, die je niet in de goot kon laten liggen? Mens zoals zij zelf maar door welke oorzaak ook in een veel ongelukkiger situatie terechtgekomen. Wie zal het zeggen? Maar hoezeer die bokken en schapen ook van elkaar verschilden en hoezeer dat ook te zien was in hun meeleven en meelijden met mensen, geen van twee was er zich van bewust dat het Jezus was die een beroep op hen deed in die kwetsbare mensen op hun pad, die hongerigen, die zieken, die gevangenen en al die kleine mensen.

De bokken zeiden: we wisten het niet, anders hadden we vooraan gestaan bij de hulpverlening. Nee, zo hadden wij het niet verwacht. Sorry, maar we hebben aan goede doelen gegeven en we hebben zondags in het kerkkoor meegezongen, het was geen kwade wil. Of was het toch een vorm van buitensluiting geweest? God met ons zoals het op de gulden stond en verder eigen kring eerst. Die bokken, zij hebben nooit vermoed en gedacht dat God ons zo rakelings nabij komt in het werk van zijn handen, in al die mensen die broeders en zusters zijn van hem die ons lot heeft willen delen tot in de goot en in de dood. Wie hen vergeet, heeft op de balans een groot gat, hij heeft vergeefs geleefd, niet gezien waar het in het leven op aan komt.

Maar dan de schapen. Die zeiden warempel ook: we wisten het niet, we hebben alleen maar onze plicht als mens gedaan. Nee, ze hebben het niet gedaan om met hun goede daden de hemel te verdienen. Zij waren geen boekhouders maar mensen met een hart dat zich laat raken ongeacht cijfers en getallen, winst of verlies. Zij hebben gedaan waartoe wij als mens geroepen zijn. Niet om wat dan ook te verdienen maar om een wereld op te bouwen die God eert en mensen in hun waardigheid bevestigt en herstelt.

En dan nog iets, er wordt bij het balans opmaken niet gevraagd of je wel trouw bent geweest aan de zeven sacramenten. Zijn die dan niet belangrijk? Zeker, zonder die is de weg een eenzaam en moeizaam avontuur, door hen worden wij gevoed, gesterkt en bijeengehouden, maar zonder die ontbrekende daad die door Paus Benedictus XVI ooit het sacrament van de broederschap is genoemd, is al het andere een vruchteloze huls. De inzet pro Deo voor degenen die uit de boot dreigen te vallen of al in het water liggen is de toetssteen  van  ons leven, nu en bij het opmaken van de balans.

Wij sluiten het kerkelijk jaar af, wij kijken terug, maar we kijken ook vooruit en weten wat ons te doen staat nu wij het woord van de Heer hebben gehoord. Nu nog de politici die voor de tweede kamer zijn gekozen; bidden wij dat zij beginnen met een programma  waarin niemand buiten de boot valt of wordt buitengesloten, maar dat ons land een nieuw begin  maakt met het sacrament van de broederschap, binnen en buiten de kerk, zodat elk mensenleven wordt geacht en gedragen door de inzet van allen. AMEN.

Abt Thijs Ketelaars

Christus Koning 2023 Mt.25,31-46

Volgend artikel Bekijk het overzicht
Gastenverblijf
Een plaats van gebed en ontmoeting, van rust en stilte, waar iedereen zich thuis mag voelen en op adem mag komen.
Meer informatie