Preek 1 oktober 2023

Adhj26 20231001 Ez. 18,25-28; Fil. 2,1-11; Mt. 21,28-32

 

Dit weekend wordt er in ons dorp kermis gevierd. Dat is een oude traditie die teruggaat tot in de Middeleeuwen en nog steeds springlevend is. Vieren, het hoort wezenlijk tot ons menselijk bestaan. Waar we dat vergeten, verleren of niet meer doen dreigt het leven een grijze sleur te worden. Vieren is er voor feestelijke momenten in het persoonlijke, kerkelijke of nationale leven. Een geboortedag, een trouwdag, een professiedag, een kerkwijdingsdag, een bevrijdingsdag.  Maar het leven kent ook droeve momenten. Dan gebruiken wij een ander woord en spreken van gedenken of herdenken. Memorabele dagen, maar van een andere kleur en daarom ook een ander woord. Vieren heeft iets uitbundigs, iets feestelijks. Het dorp viert dit weekend kermis, wij vieren in de abdij vandaag de verjaardag van de professie van de broeders. Nu heeft niet iedereen zijn gelofte op dezelfde dag gedaan, bijvoorbeeld 1 oktober, maar wij vieren elk jaar samen op een en dezelfde dag ieders professie en met dat vieren hernieuwen wij ook ons engagement. En wij doen dat niet zomaar in het voorbijgaan. Aan die professievernieuwing gaat een aantal dagen vooraf waarin wij ons samen bezinnen op onze roeping. Het is een gelegenheid om terug te kijken en een moment om vooruit te zien. Samen, maar ook persoonlijk. Dankbaar en kritisch in het licht van Gods woord. Zo doen wij dat ook vandaag weer.

Dat vieren van en het hernieuwen van de professie gebeurt dit jaar op een heel bijzonder moment in het leven van de kerk, want aanstaande woensdag 4 oktober begint in Rome een nieuwe fase in het synodaal proces waartoe paus Franciscus ons allen heeft uitgenodigd. Synodaal, u weet het intussen, dat Griekse woord betekent ‘samen op weg’. Nu zijn er in de kerk hooggeplaatsten en ook mensen in de lagere regionen die dat maar een nieuwlichterij vinden die de kerk geen goed zal doen. We doen er goed aan die stemmen niet terzijde te schuiven, hoe venijnig ze soms ook zijn. Ze dienen aandachtig beluisterd te worden, hoe moeilijk dat soms ook is, om te zoeken hoe met deze mensen in gesprek te komen om te voorkomen dat mensen uit de boot vallen.

Synodaal, samen op weg, zo staan wij broeders vandaag weer voor de Heer om ons samen optrekken te hernieuwen. Dat doen wij in dankbaarheid om de afgelegde weg, waarop de Heer ons met zijn woord en Geest heeft geleid en bewaard. Wij doen het ook met een kritische blik en belijden ons tekortschieten. We beseffen dat het ook stukwerk was dat soms geen prijs verdiende, dat wij als gemeenschap tekort zijn geschoten of als lid van de communiteit ons ja niet volmondig hebben gehouden. Samen op weg, ondanks alles een reden om dankbaar voor te zijn, want hoevelen hebben niets of niemand die met hen de weg gaat? Samen op weg, vandaag een nieuwe kans en meer dan dat, een uitnodiging en een woord van vertrouwen dat wij aan elkaar gegeven zijn op de éne weg die Christus is. Dat geldt voor onze gemeenschap, dat geldt voor de grote kerk, het geldt ook voor ieder van ons hier samen deze morgen, want allen maken wij deel uit van het éne, levende lichaam van Christus.

Samen op weg, hoe doe je dat? Daar komt de liturgie van deze dag ons op een bijzondere manier te hulp. Wij krijgen de lezingen op een presenteerblaadje aangereikt en het kon niet beter.

De eerste lezing uit de profeet Ezechiël spreekt immers over de weg en we zien hoe dat geen gelopen race is. Integendeel, er wordt geklaagd over de weg en het lijkt wel of we de krant of het journaal voor ons hebben, want het eerste wat we horen is de ander de schuld geven. Ja, God krijgt de schuld omdat het niet loopt zoals verhoopt en verwacht. Nu kan het leven inderdaad heel erg tegen zitten en de weg met obstakels bezaaid zijn, maar voor we God daarvan de schuld geven moeten we ons huiswerk maken. Wij kennen maar een stuk van de weg en weten het einde niet. Dat ligt buiten ons vizier. DE Schrift zegt ons dat God met ons een weg ten leven gaat, ook als het duister is om ons heen. Op die weg heeft ieder zijn eigen verantwoordelijkheid. Wij kunnen onze bijdrage niet afschuiven op een ander. Misschien falen we soms of struikelen we op het pad, maar Ezechiël zegt ons dat God ons daar niet op vastpint. En abt Antonius wist ons al te vertellen dat vallen niet vreemd is aan ons menselijk bestaan, maar dat het erop aankomt weer op te staan, en samen verder te gaan, elkaar dragend en dienend op de weg. Iedere dag weer.

De apostel Paulus sluit met zijn Filippenzenbrief op een heel eigen wijze aan op de woorden van Ezechiël. Hij pleit en dringt aan om toch vooral de eenheid te bewaren. Het zijn heel hartelijke en bevlogen woorden die wij van hem horen, maar de goede verstaander heeft misschien tussen de woorden ook gehoord dat het er in de gemeenschap van Filippi niet allemaal zo harmonieus aan toegaat als Paulus wel verhoopt. Wat zou het synodaal proces, wat zou ons eigen samen op weg zijn niet winnen als iedereen de zinsnede “geeft niet toe aan partijzucht en ijdelheid, maar acht in ootmoed de ander hoger dan uzelf” als leidraad zou nemen op het parcours dat we te gaan hebben. En dan hebben we het nog niet over de hymne die dan volgt in Paulus’ tekst, waar de Christus ons gegeven wordt als degene die zich nergens op heeft laten voorstaan en met ons en voor ons, midden onder ons de weg gaat. Samen op weg.

En dan het evangelie, het kan op verschillende manieren gelezen worden, maar misschien is het niet verkeerd ons vandaag in beide broers herkennen. Soms zijn wij de ene, en bij een ander gelegenheid zijn wij de andere. Maar we zijn en blijven geroepen om als de nieuwe Adam mensen uit één stuk te zijn, herschapen tot gelijkenis met de ene die alles heeft gegeven, beeld en gelijkenis van de Ene, die ons het leven geeft.

Samen op weg, we zijn onderweg, laten we elkaar vasthouden en dragen en nemen wij elke dag de kans waar om ons te bekeren tot de ene weg die Christus is. Hij moge ons, mensen van vallen en opstaan, samen leiden naar het leven in het licht. AMEN.

Abt Thijs Ketelaars.

Nieuwsbrief

Schrijf u vrijblijvend in en blijf op de hoogte van de activiteiten van Abdij van Egmond.

We respecteren uw privacy. Sint-adelbertabdij zal uw e-mailadres nooit delen met derden.
© 2024, Abdij van Egmond Algemene voorwaarden