Preek vader abt op 21 maart 2020

21 maart 2020

Gen 12, 1-4a; Fil. 4,4-9; Jo. 17, 20-26

21 maart sterfdag van onze monnikenvader Sint Benedictus van Nursia en ook de geboortedag van Johann Sebastian Bach (1685)

In de opgang naar Pasen is voor veel mensen het bijwonen van de Mathëuspassion van Johann Sebastian Bach een absoluut hoogtepunt. Dit jaar zijn de publieke uitvoeringen begrijpelijk afgelast.

Nu geen publiek kan worden toegelaten worden die uitvoeringen soms gestreamd uitgezonden. De muziek is inderdaad van ongehoorde genialiteit, en de uitvoeringen tegenwoordig dikwijls van een perfectie zoals de componist die bij zijn leven zelden zal hebben meegemaakt. In groot contrast met die aandacht voor de uitvoering en de kwaliteit van de muziek staat de belangstelling voor de tekst van oratoria en cantates. En toch had de muziek, de melodie en de orkestratie oorspronkelijk slechts de dienende taak om die tekst maximaal te laten spreken. De musicus was diep religieus. Het was geen formaliteit dat hij onder al zijn werken Soli Deo Gloria zette, heel verwant aan het Ut in omnia Deus glorificetur van de benedictijnse spiritualiteit.  Als de betreurde  Reinbert de Leeuw beweerde: “Ik geloof niet in God, wel in Bach”, dan was dat een innerlijke tegenspraak die door de componist zou zijn verworpen.  Bach drukte zijn gevoelens uit die de tekst bij hem opriep.

Zo in zijn cantate 95: Christus der ist mein Leben

De tekst getuigt van geloof in een beter leven. Dat geloof is zo sterk dat hij  met verlangen uit ziet naar het stervensuur en met geheven handen de dood begroet.

Christus, der ist mein Leben

Christus is mijn leven,

Te sterven is mij winst.

Aan Hem geef ik mij over

Met vreugde ga ik heen.

 

Laat toch vlug, o zalig uur

De allerlaatste klokslag horen.

Kom, ik strek mijn handen naar u uit

Jij stervensuur waarnaar ik hunker.

 

Omdat U uit de dood bent opgestaan

Zal ik in ’t graf niet blijven

Uw laatste woord is mijn verrijzenis.

Deze tijd waarin het coronavirus de mensen in zijn greep houdt realiseren wij ons de kwetsbaarheid van ons aardse leven. Voor velen blijft de geloofsact in een hiernamaals een brug te ver, en de vrees voor de dood brengt hen tot paniek.

Wat is het dan mooi om het einde van het aards bestaan te mogen vieren als een uittocht naar het land van Gods belofte? Een exodus naar het uur waarin God alles in allen zal zijn, naar een toekomst waarin de harmonie tussen de mensen hersteld zal zijn.

In de evangelieperikoop van dit feest horen wij de woorden van Jezus gebed om eenheid, waarmee Johannes het verhaal van het Laatste Avondmaal besluit. We horen daar Jezus´ meest vurig verlangen, de éénheid van zijn leerlingen niet alleen naar het voorbeeld van de eenheid tussen de Goddelijke Personen, maar vanuit de kracht die Hen samenbindt. Dat de band van eenheid tussen Vader en Zoon zijn volgelingen mag bezielen en tot volmaakte eenheid brengen.

Benedictus heeft zijn Regel ontworpen voor monniken die in een klooster samenleven en dienen on­der een regel en een abt.  Hoeveel aandacht daarin ook is voor uiterlijke regelingen, hoeveel er ook sprake is van gestrengheid en straf, die uiterlijke discipline staat toch helemaal in dienst van de liefde en de broederlijke verbondenheid. Terecht vat de Regel dit alles samen in de conclusie van het hoofdstuk over de goede ijver: “niemand zoeke wat hij voor zichzelf voordelig acht, maar veeleer wat goed is voor de ander. Op onbaatzuchtige wijze leggen zij zich toe op de broederliefde. In liefde vrezen zij God Hun abt beminnen zij met een op­rechte en nederige genegenheid. Volstrekt niets stellen zij boven Christus die ons allen tezamen tot het eeu­wig leven moge geleiden.”

 

Allen samen verbonden door de liefde van en voor de Heer. Dat verlangen van de patroon van Europa vindt zijn vervulling als hij de geest geeft in de gebedsruimte van zijn klooster, gesterkt door de h. communie en ondersteund door twee medebroeders.

 

Laten ook wij dan onze hoop stellen op Christus en de weg gaan van het gebed, ons sterkend met zijn sacramenten en onderling verbonden.

In deze dagen naar Pasen toe overwegen wij wat Jezus voor ons heeft willen lijden, en proberen wij zijn woorden ter harte te nemen en ons toe te leggen op eerlijke dienst aan elkaar. Moge Benedictus ons daarbij tot voorbeeld en tot voorspraak zijn.

Nieuwsbrief

Schrijf u vrijblijvend in en blijf op de hoogte van de activiteiten van Abdij van Egmond.

We respecteren uw privacy. Sint-adelbertabdij zal uw e-mailadres nooit delen met derden.
© 2024, Abdij van Egmond Algemene voorwaarden