De Prins Hendrikstichting waar onze broeder Simon de laatste twee jaar van zijn leven met veel zorg werd omgeven, was oorspronkelijk een rusthuis voor bejaarde zeelui. Het was hun laatste ankerplaats. Nu was broeder Simon bij mijn weten geen zeeman, al was hij al sinds zijn doop aan boord genomen van het schip van de kerk. Zijn leven is veeleer gekenmerkt door het evangelie van vandaag en dat speelt zich af op het land. Het verhaal van de Emmausgangers, zo staat in zijn aantekeningen, moest in de uitvaartliturgie als evangelie gebruikt worden.
Sinds jaar en dag wordt die tekst in ons getijdengebed gelezen tijdens de completen van Paasdag. Als koster en man van de liturgie had broeder Simon die taak voor zich gereserveerd. En zo hebben wij hem zijn lievelingstekst uit de Schrift elk jaar horen voorlezen.
Als monnik word je grootgebracht met de Schrift. Zo ook broeder Simon. En gaandeweg raak je steeds meer thuis in dat verhaal van God met ons mensen en ontdek je er je eigen plek in. Simon herkende zich in die twee leerlingen op weg. Maar eerst en bovenal ontdekte hij dat de verrezen Heer met hem optrok nog voor hijzelf dat in de gaten had. Dat Emmausverhaal bevat een grote troost en bemoediging en daar heeft hij zich een leven lang aan opgetrokken. Hij, de Heer, trekt in ons midden met ons mee. Daar hoeven we ons geen zorgen over te maken. Veeleer dienen we erop bedacht te zijn dat wij niet voorbijlopen aan zijn aanwezigheid onder ons. Dat vraagt om stille aandacht en een ontvankelijk hart. Paus Franciscus spreekt graag over de vreugde van het evangelie en Simon stemde daar graag mee in. Zijn geloof werd gekenmerkt door een opgewektheid, een vreugde, die voortkwam uit de diepe overtuiging dat Hij, de Heer, met ons gaat en ons gaande de weg ons de weg wijst. We staan er niet alleen voor.
Maar behalve die aanvankelijk ongeziene gast zijn er nog twee figuren in het verhaal en die maken ook wezenlijk onderdeel uit van broeder Simons levensreis. Als monnik was hij een man van het koorgebed, en zijn leven lang heeft hij trouw als cantor met zijn heldere stem meegezongen in het koor. Van de vroege morgen tot aan de completen als afsluiting van de dag. Maar hij was ook een man van mensen. Dat hoorde bij zijn aard en hij legde heel gemakkelijk contact met jan en alleman. Niet voor niets wordt in de vele condoleances die wij dezer dagen ontvangen verwezen naar zijn vriendelijkheid en attente zorg voor mensen. Die trek heeft hij herkend in het evangelie van vandaag. Hij is heel zijn leven met mensen onderweg geweest, op welke post hij ook stond. Dat charisma kwam helemaal tot zijn recht toen hij gastenbroeder werd. Hij was geen geleerde theoloog en moeilijke discussies hadden niet zijn belangstelling, maar eens te meer wees het evangelie hem hier de weg. Samen optrekken in het geloof dat die derde in ons midden de weg zal wijzen. Luisteren naar het lief en leed van de ander die je levenspad kruist en gaandeweg de stem van de derde ontdekken die een weg wijst, die moedeloosheid doet verkeren in hoop en die kille en weifelende harten kan doen warmlopen voor een nieuwe weg.
Man van gebed, man van mensen, misschien is er nog een derde element in het verhaal dat broeder Simon karakteriseert. Een van de jongere broeders merkte afgelopen dagen op dat hij broeder Simon zo bewonderde omdat die vanuit een kerk die voor het concilie alle trekken had van een gesloten bastion, gegroeid was naar een open houding, waarin ook mensen werden verwelkomd en omarmd die buiten de geijkte kaders vielen. Geen veroordeling, maar een warm hart om te zien hoe samen de weg van het evangelie, de weg van het leven te kunnen ontdekken en gaan. Die houding vindt de goede verstaander ook terug in het evangelie van vandaag. Daar zouden we het woord dialoog en gesprek aan kunnen verbinden. In het verhaal van de Emmausgangers zijn twee en later drie personen onderweg. Die twee leerlingen zijn in een crisis beland en ze weten niet wat hun te doen staat. Daar helpen regels en voorschriften gewoonlijk niet direct verder. Zo’n situatie vraagt om een gesprek, om een dialoog om samen te zoeken naar de weg. Broeder Simon is niet alleen voor talloze bezoekers van het gastenhuis maar ook voor velen daarbuiten een gesprekspartner geweest. Iemand die met een vriendelijke glimlach of een attent gebaar de weg opende voor een gesprek dat deuren ontsloot naar een hoopvol verdergaan op de eigen levensweg.
Man van gebed, man van mensen, man van dialoog. Hij heeft Jezus ontmoet die met hem op de lange weg van zijn leven is meegegaan, hij heeft tochtgenoten ontmoet en met hen lief en leed gedeeld. En gaandeweg zijn zij, en wij met hem, voor elkaar beeld van de Christus geworden die de ogen opent en het hart opnieuw tot leven wekt, toekomst geeft.
Wij nemen vandaag afscheid van een broeder die een leven lang geleefd heeft met en uit een verhaal dat leven heeft gegeven aan hemzelf en aan velen die hij op zijn levenspad heeft ontmoet. Zo lezen wij zijn portret in het Emmausverhaal. En tegelijkertijd kijken wij in een spiegel en wordt het verhaal voor ons een uitnodiging, wordt broeder Simon voor ons een uitnodiging om in zijn voetstappen te treden. Ieder op zijn eigen plek, met zijn eigen gaven en zijn eigen roeping. Met vallen en opstaan en samen onderweg.
Laten we eindigen aan de zee. Een van de vrijwilligers die Broeder Simon regelmatig bezocht, ging af en toe met hem in de rolstoel naar de zee. Ze zaten daar een aantal keren samen stil naar de zee te staren. En bij haar kwam de vraag op: zou broeder Simon als zijn naamgenoot over water hebben kunnen lopen? Ik blijf het antwoord schuldig op die vraag. Hij was een landrot, dat weet ik, een pelgrim op Gods wegen en daar heeft hij menigeen die geen grond meer onder voeten had met een glimlach, een gebaar of een woord een pad gewezen door de zee, en stappen doen zetten in nieuw land. God zij gedankt voor dit leven midden onder ons. AMEN.
Abt Thijs Ketelaars
Lc. 24, 13-35