Preek abt Thijs bij professieverlenging broeder Columba 8 december 2020

Hoogfeest Maria Onbevlekt Ontvangenis

Er gaat geen dag voorbij of we lezen of horen verhalen over de kritische toestand van moeder aarde. Zij is er slecht aan toe.  Hoe dat komt, is niet met één woord te zeggen. Maar de manier waarop wij mensen met de aarde omgaan is één van de oorzaken.

Is dat een nieuw fenomeen? Uit de wijze waarop sommige mensen reageren zou je denken van wel. Maar de Schrift, dat aloude boek van ons geloof, weet er al van mee te praten vanaf de eerste bladzijde. Die pagina is nog niet omgeslagen of we horen al hoe de mens zijn plaats niet weet binnen het grote geheel en op de stoel van God wil gaan zitten. God gunt hem dat wel, maar het probleem is dat de mens daar gaat zitten als een potentaat, als een baas, terwijl God zelf er zit als een die bewonderend toekijkt en bemoedigend aanspoort. Hij loopt mee in de hof, blijft vol bewondering stilstaan, en vraagt bescheiden om zorg te dragen voor heel dat kwetsbare bestaan. Maar het is anders gelopen. En de aarde lijdt eronder en de mens evenzeer, want die twee zijn met elkaar verweven.

En hoe gaat dat verhaal nu verder? Is er toekomst voor moeder aarde en allen die haar bewonen? Aan God zal het niet liggen, ook dat lezen we in dat oude boek. Er mogen nog zoveel verhalen instaan over menselijk falen en vergrijpen, Gods liefde wordt niet moe. Te midden van alle afbraak en ondergang blijft Hij scheppen en  in zijn creativiteit vindt hij gaten, lege plekken of creëert Hij die, want hij geeft zijn schepping niet op, daarvoor is ze hem te lief.

Steeds weer blijft God een nieuw begin maken en het lijkt er op alsof Hij om te slagen een steeds bescheidener plek zoekt. Niet bij de hoog geplaatsen maar bij de vrouw van de profeet, bij de lijdende dienstknecht en vandaag horen we hoe hij een onbeschreven blad begint met Maria, een meisje dat zichzelf later niet zal beroemen op verdiensten of afkomst, maar zich bereid verklaart te dienen, ruimte te maken,  een schoot voor Gods Woord.

En zo vieren wij haar vandaag in een wereld waar zich tal van machten en krachten breed maken en geen ruimte laten voor het leven in en uit God. Wij vieren het prille begin van Maria.

Drie jaar geleden deed jij, broeder Columba, tijdelijke professie op deze feestdag en vandaag ga je die professie verlengen. Het ora et labora heb je in die tijd meer en meer leren kennen en beminnen. In het koor ben je steevast present en je staat graag klaar om mensen te helpen.  Samen hebben we ook gezien dat er nog een weg te gaan is om met een klare en zuivere toon de Heer in alles te verheerlijken. Die weg gunnen we je en je vindt het voorbeeld daartoe in haar die wij vandaag eren als de moeder van het leven.

Zij had geen pretenties en zij wist tegelijk dat ze kostbaar was in Gods oog, enig en uniek. Koester je in datzelfde geheim, elke dag die God je geeft. En volg haar in het luisterend leven. Maria, we hebben niet zoveel woorden van haar behalve een lied. Dat ook jouw leven in spreken en zwijgen, in doen en laten een loflied wordt voor de Heer. AMEN.

Nieuwsbrief

Schrijf u vrijblijvend in en blijf op de hoogte van de activiteiten van Abdij van Egmond.

We respecteren uw privacy. Sint-Adelbertabdij zal uw e-mailadres nooit delen met derden.
© 2024, Abdij van Egmond Algemene voorwaarden