geroepen!

Heel veel mensen, en ook wij zo goed als allemaal, hebben gekeken naar wat er in Rome gebeurde, en ook geluisterd naar de woorden die onze nieuwe paus Leo XIV sprak. Hij wist zich geroepen, en in de Sixtijnse kapel riep hij de kardinalen en alle gelovigen op om in onze wereld te getuigen van de liefde Gods.

 

In de viering vandaag horen wij twee optredens van gelijke strekking, waarbij  ook wij ons zelf betrokken mogen weten, aangesproken en opgeroepen. Waar Paulus ook komt, hij gaat er allereerst naar de synagoge. Hij weet zich te staan binnen het jodendom met  een bijzondere boodschap voor zijn broeders, de joden. Dat verkondigt hij ook: “De boodschap van de Heer moest het eerst onder u bekend gemaakt worden”.

Vandaag in Antiochië is het zijn eerste officiële preek. Gericht tot de eigen parochie: de Joden. Zijn optreden kan ons doen denken aan de eerste toespraak van Jezus in Nazareth – waar hij was opgegroeid – , ook  voor “eigen” mensen. Zij wijzen Jezus af omdat Hij zich niet tot zijn  vaderstad wilde beperken.  De mensen van de synagoge claimen het alleenrecht op Godsuitverkiezing, terwijl Jezus, in eenheid met de Vader, het heil van alle mensen wil. De verkondiging aan de niet-joodse volkeren is vanaf het begin in Gods plan opgenomen: bij de Opdracht van Jezus in de tempel klinkt dit al in de profetie van de grijsaard Simeon : “de redding die Gij bewerkt hebt ten overstaan van alle volken: een licht dat geopenbaard wordt aan de heidenen en dat tot eer strekt van uw volk Israël.” Hij sluit daarmee aan bij dezelfde Jesaja tekst die vandaag door Paulus wordt aangehaald. De volkeren, de heidenen,  komen dus niet pas in beeld na de weigering van het volk Israël. Het “eerst” waar we het net over hadden , zou dus niet opgevat moeten worden in de zin van: eerst aan jullie en alleen als jullie niet willen, aan de anderen. Het betekent “allereerst”, in de zin van: jullie zijn ­en blijven – de eerst aangewezenen, de eerst ­ recht-hebbenden, degenen  die “van nature” betroffen zijn – en blijven! De volkeren horen er “in de tweede lijn” ,”in tweede instantie” bij.  Maar ook zij behoren vanaf het begin tot Gods heilsplan.

 

Het heil dat God in Jezus aanbiedt wordt tot tweemaal toe  aangeduid met : “het eeuwige leven” . Deze uitdrukking kennen we al uit het voorgaande van Handelingen: Jezus wordt er de leidsman ten leven genoemd , en de engel die de apostelen uit de gevangenis bevrijdt, zegt dat zij het nieuwe leven moeten verkondigen. De “vreugde” van de volkeren en van de leerlingen is de vreugde om het zich realiserende heil van Godswege. Hiermee zijn we al in de sfeer van de Goede Herder, waar deze Johannes’ perikoop  ons naar toe leidt.  “Eeuwig leven” ­ dat is niet een belofte voor later, voor straks, voor na ons aardse leven, het is een kwaliteit die nu begint, een licht dat niet meer dooft. Eeuwig leven wordt degenen toegezegd die luisteren naar Jezus stem, die Hem volgen. Het is niet een belofte voor na dit leven, maar een verandering van ons leven in een leven dat niet meer sterven zal.

 

De paar verzen die we lezen benadrukken nogmaals dat Jezus de Messias is, dat Hij leeft en werkt in eenheid met de Vader. Daarom zijn Zijn schapen ook absoluut veilig, omdat ze uiteindelijk de schapen van de Vader zijn, en daar kan niemand tegenop. We horen in Handelingen de reactie en uitwerking van Paulus’ “bemoedigend woord” tot de Joden in de synagoge van Antiochië te Pisidie. Dat is succesvol: vele Joden en proselieten gaan met Paulus en Barnabas mee. De volgende sabbat zit de synagoge zelfs barstensvol: bijna heel de stad is er; dus zowel joden als niet-joden!

 

Dierbare zusters en broeders. Nog altijd is de verkondiging actueel, en broodnodig. De woorden  van Jezus zijn woorden van leven, woorden die ons leven vanaf nu veranderen in een lichtend bestaan dat niet meer gedoofd zal worden, zelfs niet door onze aardse dood. Woorden van hoop die niet teleurgesteld zal worden. Die woorden kunnen wij als bevrijdend ervaren, zij kunnen ook weerstand op roepen en ongeloof. In onze tijd stuiten zij, net als in de eerste eeuw, op ongeloof. Graag citeer ik hier de eerste woorden van paus Leo:

 

«wie gelooft, wordt vaak uitgelachen, genegeerd of hoogstens gedoogd. Juist daarom is de zending dringend. Want waar het geloof ontbreekt, groeien zinloosheid, hardheid, onrecht, familiedrama’s. Zelfs onder gelovigen gebeurt het dat Jezus herleid wordt tot een morele leider of inspirerend mens, en dat men in feite leeft alsof God niet bestaat. Maar dit is de wereld die ons toevertrouwd is. Zoals paus Franciscus ons vaak heeft herinnerd: wij zijn geroepen om vreugdevol getuigenis af te leggen van Jezus, de Redder ».

 

Het is vandaag roepingenzondag. De Heer zoekt helpers die bereid zijn zoals Hij zelf heeft gedaan Gods heilswil voor alle mensen verkondigen, niet voor een kleine kudde, maar voor heel de mensheid, want Christus is voor allen gestorven opdat wij allen zouden leven tot eer van onze Schepper. Laten wij daarvoor bidden, en laten wij ons inspannen om een geestelijk klimaat te bevorderen dat mensen de weg wijst naar het eeuwig geluk.

 

AMEN

Br. Gerard Mathijsen

 

Vierde Zondag van Pasen, 11 mei 2025 

Lezingen Hand 13.14,43-52; Apoc 7.9,14b-17; Joh 10.27-30)

 

Nieuwsbrief

Schrijf u vrijblijvend in en blijf op de hoogte van de activiteiten van Abdij van Egmond.

We respecteren uw privacy. Sint-Adelbertabdij zal uw e-mailadres nooit delen met derden.
© 2025, Abdij van Egmond Algemene voorwaarden