In het zand geschreven

De evangelieperikoop van deze zondag biedt een prachtig verhaal dat we niet graag zouden missen, en waarin we de Heer ook graag herkennen. De kenners van het N.T. hebben  niet zozeer vragen bij de inhoud, maar betwijfelen of het een plaats had in de  oorspronkelijke tekst van het 4e evangelie. In de oudste handschriften komt het niet voor, maar het is in de diepzinnige tekst van Johannes ook een beetje een vreemde eend in de bijt, en zou beter passen in het evangelie van Lucas, de vrouwvriendelijke schrijver met aandacht heeft voor de barmhartigheid van de Heer. Hoe dan ook, het verhaalt ons over Jezus, en brengt Hem ons nabij in zijn goddelijke menselijkheid.

 

De schriftgeleerden en de farizeeën komen in de vroege morgen naar de Heer, als Hij onderricht geeft op het tempelplein. Zij brengen Hem een vrouw betrapt op overspel. Op heterdaad nog wel, een schandaal voor haar zelf en haar familie. Met dat onverantwoord gedrag heeft zij haar familie in verlegenheid gebracht. Nu wordt ze openlijk aangeklaagd en beschuldigd en ze doet geen enkele poging om die beschuldiging te ontkennen of zichzelf te verdedigen. De wet is heel duidelijk en ze kent haar lot. Ze zal heel goed weten wat de wet hierover zegt. ‘Dood door steniging’, omdat ze zo laag is gezonken. De mannen die haar aanklagen, handhavers van de wet, zullen worden gerespecteerd omdat ze ervoor zorgen dat de wet wordt nageleefd, de samenleving  beschermd, en de overtreedster opgeruimd. Het kan niet veel duidelijker. Maar wat bezielt deze mannen?  In Leviticus 20:10 kun je lezen: ‘de man die overspel pleegt met de vrouw van een ander, de vrouw van zijn naaste, moet ter dood worden gebracht; hijzelf en de vrouw met wie hij overspel heeft gepleegd.’ Waar is de medeplichtige van deze vrouw?  Is hij niet de hoofdschuldige? Waarom het fanatisme van deze vrome lieden om alleen de vrouw te veroordelen? En waarom moet dit nu zo op stel en sprong beslist worden? Het is toch geen kleinigheid? En waarom komen ze daarmee naar Jezus, die rabbi uit Galilea, waar ze doorgaans toch niets van moeten hebben? Waarom komen ze Hem nu lastig vallen terwijl Hij aan het onderwijzen is? Wat is hun beweegreden? Is het echt  heilige ijver voor de wet Gods die hen aanstuurt?

 

Misschien is het helemaal niet goed van mij, zusters en broeders, maar ik vind dat het erop lijkt dat de voornaamste bedoeling van deze schriftgeleerden en Farizeeën is om de Heer in moeilijkheden te brengen en voor een juridisch en moreel dilemma te plaatsen. Als Hij zal zeggen dat de vrouw niet veroordeeld mag worden, dan kunnen ze Hem beschuldigen van verzet tegen de Wet van God, en daarmee zal zijn invloed op zijn volgelingen en toehoorders worden ondermijnd. Als Hij de Wet handhaaft, dan blijkt het met wat Hij steeds zegt over genade en barmhartigheid toch niet zo’n vaart te lopen. Zijn deze mannen in hun fanatisme en hun verbetenheid tegen de Heer zelf niet  heel laag gezonken? Ze hebben de situatie van de zonde van de ongelukkige vrouw aangegrepen om een publiek schandaal uit te lokken, en lijken helemaal niet uit op een ‘eerlijk proces’. Hun bedoeling is om de reputatie van de Heer te verwoesten. Ze zien de Wet niet als een levend en leven gevend geschenk van God aan zijn uitverkoren volk, maar misbruiken haar voor hun eigen doel.

 

Jezus, Hij laat het gebeuren. Hij neemt het tafereel in zich op: de vrouw, omringd door de opgewonden kerels, en daar omheen een grote groep mensen, die nieuwsgierig toekijken hoe dit afloopt. Benieuwd of Jezus zich uit deze situatie weet te redden. Of Hij raad weet en welke uitspraak Hij zal doen?

 

Hij buigt zich voorover en begint met zijn vinger op de grond te schrijven of te tekenen. Wat schrijft Hij? We hebben geen aanwijzingen uit het evangelieverhaal. Wie schrijft blijft, een geschreven woord heeft bij rechtspraak meer gezag dan een gesproken. De aanklagers kwamen zonder een geschreven tekst, Jezus moet hen op hun woord geloven, en dat woord zonder verder bewijs aannemen. Over wat de Heer schreef of tekende is veel gespeculeerd. We weten alleen wat de evangelist heeft opgetekend. Die verhaalt dat Jezus zich voorover boog. Zusters en broeders, ons hele geloof draait om de vreugdevolle boodschap dat  de Heer zich voor ons buigt, dat Hij zich vernedert, dat Hij die gelijk is aan God zich diep naar ons toebuigt, en zich tot de grond toe bukt. Dat naar de grond buigen van de Heer, hoe veelzeggend is dat! Hij buigt zich zo tot de bodem van ons bestaan, Hij heeft onze vernederde natuur aangenomen om ons te verlossen. Hij laat zich verzinken in lijden en dood, en wordt vernederd vanwege onze zonden. Ondanks de genade van onze doop, die ons opheft uit onze gevallen staat, kan een mens ook diep zinken. Hoe gaan wij daarmee om? Als iemand valt voor de verleiding van het vlees, zoals dat heet, dan is hij of zij nog niet jarig, dan mag de zondaar erop rekenen dat hij of zij de hele gemeenschap over zich heen krijgt, en tot in lengte van dagen zal worden nagewezen. Als iemand valt ten gevolge van andere menselijke passies, anderen kleineert, benadeelt, vlug klaar staat met een oordeel, wrok blijft koesteren, belust is op wraak, zijn leven laat vergallen door jaloersheid, dan is dat alles ook laag bij de gronds. Een mens maakt zich dikwijls klein op een heel verkeerde manier! Hoe anders Jezus! Laten we van Hem leren om ons stil te buigen, om nederig in het zand te schrijven.

Door te zwijgen en zich te buigen wordt Jezus in mijn ogen niet kleiner, maar laat Hij de grootheid zien van zijn ziel. Sommigen denken dat Jezus de zonden van de omstanders in het zand schreef. Als Hij dat al deed, dan deed Hij het om ze uit te wissen.  Misschien schreef Hij eenvoudig: God is liefde! Of: Vergeef zoals ook wij vergeven. Zusters en broeders, in ieder geval  kunnen wij ons altijd verheugen in de wetenschap dat, hoe laag wij ook zinken, onze barmhartige Redder zich voor ons en over ons zal buigen en zijn wet van genade in ons hart wil schrijven. Daarvoor is Hij gekomen, daarvoor is Hij gestorven. Laten wij de komende dagen dat beeld voor ogen houden, van Jezus die zich diep buigt, die zwijgt, die de zonden uitwist en niet inscherpt. Die niet onder het tapijt veegt maar radicaal uitwist. Als Hij zich opricht, ziet Hij de mens tegenover Hem barmhartig en liefdevol in de ogen. Mogen wij onze Verlosser en zaligmaker deze dagen zo ervaren, en Hem begeleiden in onze gezamenlijke opgang naar Pasen. Dan zal dat ook ons Pasen worden, en zullen wij met Hem opstaan uit iedere verlorenheid om te leven voor Gods aangezicht.

 

Amen

 

Br. Gerard Mathijsen

 

Lezingen: Jesaja 43, 16-21 / Filipenzen 3, 8-14  /  Johannes 8: 1- 11

 

Nieuwsbrief

Schrijf u vrijblijvend in en blijf op de hoogte van de activiteiten van Abdij van Egmond.

We respecteren uw privacy. Sint-Adelbertabdij zal uw e-mailadres nooit delen met derden.
© 2025, Abdij van Egmond Algemene voorwaarden