Feest Benedictus 21 maart 2022

Hoogfeest Benedictus / 21-03-22  /   Gen 12, 1-4a Fil 4,4-9  Joh 17,20-26

In een Europa waar sinds een aantal weken de vrede ver te zoeken is, staat sinds mensenheugenis boven de poort van abdijen het woord PAX. Ook in Egmond. Boven de oude ingang met zijn majestueuze deur staat het woord in steen gebeiteld.

Nu wij vandaag de feestdag van onze vader Benedictus vieren, is het misschien een goed moment om ons een ogenblik te bezinnen op dat woord vrede in zijn benedictijnse context. Wat heeft dat woord ons in deze benarde tijd te zeggen? Een woord trouwens dat in de Schrift diep verankerd is en dat iedereen kent als sjaloom. En alsof dat nog niet genoeg is, wordt die vrede ons elke dag door de Heer zelf toegesproken in de eucharistie, juist voor wij ter communie gaan. Vlak voor wij het gebroken brood ontvangen, teken van de grootste liefde maar ook teken van het grootste geweld, biedt de Heer ons zijn vrede aan.

Pax, vrede, het staat boven onze kloosterpoort, in steen gebeiteld, ik zei het al. Maar als het daar bij blijft, wordt het woord dan wel leven gevend? Moet dat woord ook niet in het hart van de communiteit gegrift staan, wil het bewerken waarvoor het staat? Laat die in steen gehouwen tekst ons er aan herinneren dat de vrede ook vlees en bloed van ons moet worden.

Vrede, achtmaal treffen wij het woord in de regel aan. Zesmaal heeft het betrekking op de broeders en tweemaal op de ontvangst van de gasten.

De eerste keer dat het in de regel voorkomt, is in de proloog. De nieuweling die zich op het monastieke pad begeeft, wordt het volgende voorgehouden: ‘Als je het ware en eeuwige leven wil hebben, weerhoud je tong van het kwade en laat je lippen geen bedrieglijke taal spreken. Keer je af van het kwaad en doe het goede, zoek de vrede en jaag die na[1].’ Wij horen hier niet alleen het doel van het monastieke leven, het ware en eeuwige leven, maar ook de weg daarheen. Eerst is er een negatieve formulering: je tong ervan weerhouden kwaad of bedrieglijke taal te spreken. Als dan ook nog de daad bij het woord wordt gevoegd zodat we niet afbreken maar opbouwen, dan komt de vrede in zicht. Hier vinden wij in een notendop niet alleen doel en weg van het monastieke leven, maar van het leven waartoe wij allen als mens zijn geroepen.

Vrede zoeken, het is het gaan van een weg waarbij woorden en daden een belangrijke rol vervullen. Want waar waarheid wordt gesproken en gedaan, creëer je een ambiance waarin een mens zich veilig kan voelen, waar je thuis kunt komen bij jezelf, bij de ander en bij God.

Die weg voor de nieuwkomer geldt ook voor ons die leerlingen blijven tot onze laatste ademtocht. Het pad is gegeven, maar dat wil niet zeggen dat het een gelopen race is. Want wij dragen allen ook de oude adam in ons, die zich laat verleiden tot andere wegen. Benedictus beseft dat terdege, Want in hoofdstuk vier ontmoeten wij twee teksten die ons laten zien dat de vrede in een communiteit niet altijd een feit is. ‘Geen gehuichelde vredeskus geven[2]’ en’ vóór zonsondergang vrede sluiten met wie je onenigheid hebt[3]’, geeft wel aan dat het niet altijd pais en vree is. Er blijft dus werk aan de winkel, en daarbij komt het aan op herstel, op vergeving en nieuwe kansen geven en krijgen, elke dag weer, om te voorkomen dat het woord vrede alleen in steen boven de poort staat en niet in het hart van de gemeenschap. Daartoe heeft ieder in de leerschool van het evangelie de weg van de persoonlijke bekering te gaan.

Maar naast die persoonlijke inzet voorziet Benedictus ook een structurele aanpak binnen de gemeenschap om de vrede te bewerken en te bewaren. De verscheidenheid aan mensen  zorgt voor een rijkdom in de gemeenschap, maar kan ook een bron van conflict zijn. Daarom dient er met ieders capaciteiten en zwakheden rekening gehouden worden. Anders gezegd, de maat is niet altijd voor iedereen hetzelfde, en waar wij dat van elkaar accepteren, kunnen alle ledematen in vrede zijn.[4]  En elders zegt Benedictus dat het voor het behoud van de liefde en de vrede het beste is, dat de abt een aantal zaken zelf kan bepalen.[5] Vrede, ze wordt gediend en opgebouwd in een samengaan van persoonlijke inzet en structurele zorg.

Waar die twee elkaar ondersteunen zal de pax benedictina niet alleen in steen gebeiteld zijn, maar ook in een levende gemeenschap, die mensen weet te ontvangen met de liefde van Christus.

En dat brengt ons bij allen die aan de kloosterpoort aankloppen. Ze moeten ontvangen worden als Christus zelf.[6] En dat geldt voor ieder zonder uitzondering. In onze grote en kleine wereld is het vaak anders.  Daar worden grenzen getrokken, de een mag wel binnen de ander wordt de toegang geweigerd. Benedictus zegt heel uitdrukkelijk ‘allen die langskomen’, en een zin verder ‘allen wordt eer betoond,’ want in allen verschijnt Christus aan de poort.

Is dat niet naïef en teveel gevraagd? Benedictus is niet wereldvreemd, maar hij kent tegelijk de liefde van God die groter is dan ons hart. Die ons uitdaagt en oproept ons hart te laten verruimen tot die maat. Maar dat sluit voorzichtigheid en onderscheiding niet uit. Om te achterhalen of de mensen die aankloppen zonder kwade bedoelingen komen en de vrede in huis zullen respecteren, dient er bij aankomst eerst met de gast gebeden te worden. Is dat in waarheid gebeurt, dan wordt de vredeskus aangeboden en wordt de gast opgenomen. Daarbij maakt Benedictus nog een aantal kostbare opmerkingen. Bekend of onbekend, in elke mens, hij herhaalt het nog eens, wordt Christus ontvangen en daarbij past van de kant van de monniken het grootste respect. Wij zijn niet beter en wij moeten ons ook niet boven hen plaatsen, integendeel, de monnik buigt zich voor de binnenkomer, want hij ontvangt in hem Christus, hoe verscholen ook. En na de ceremonie laat men het de gasten aan geen goede zorg ontbreken[7], letterlijk staat er ‘dat men hen alle humaniteit- humanitas- bewijst.’ Wat is er menswaardiger en goddelijker?

Pax benedictina, laten wij er ons dagelijks voor inzetten opdat onze wereld voor allen een huis van vrede mag worden. AMEN.

Abt Thijs Ketelaars

[1] RB Prol. 17

[2] RB 4,25

[3] RB 4,73

[4] RB 34,5

[5] RB 65,11

[6] RB 53,1

[7] RB 53,9

Nieuwsbrief

Schrijf u vrijblijvend in en blijf op de hoogte van de activiteiten van Abdij van Egmond.

We respecteren uw privacy. Sint-Adelbertabdij zal uw e-mailadres nooit delen met derden.
© 2024, Abdij van Egmond Algemene voorwaarden